Wie zijn die mensen en wat is hun verhaal?
Ze zitten er hélemaal in, studenten van de Leerkring Liemers en Lingewaard. Ze verdiepen zich sinds september in het leven van mensen in de regio die de financiële eindjes aan elkaar moeten knopen. Dit maakt deel uit van de Verhalenkamer. Een initiatief met de partners van de Werkplaats Sociaal Domein Arnhem en Nijmegen én de Zorgalliantie. Sinds september 2020 verzamelen studenten verhalen om meer inzicht te krijgen in de betekenis van armoede. Studenten werken hierbij interprofessioneel samen met wijkdocenten, onderzoekers en lokale stakeholders. De gesprekken met mensen die weten waar het écht over gaat, zijn, op zich, al van grote waarde voor de studenten. De verhalen dienen echter ook een hoger doel; ‘beeld en geluid bij cijfers’ en bewustwording in de regio. De verhalen zijn expliciet bedoeld om gehoord, gezien, gelezen en benut te worden.
Feedback voor aanstaande professionals
In Leerkring Lingewaard zijn vooral veel studenten Verpleegkunde aangehaakt. Voor hen is het van waarde om zich te verdiepen in het thema ‘armoede in relatie tot gezondheid’. Want we weten dat gezondheidsproblemen kunnen leiden tot financiële problemen, maar ook andersom. In Lingewaard waren een aantal inwoners graag bereid om hun verhaal te delen. Ook voor hen is het betekenisvol om studenten te vertellen over hun leven. Het is voor hen belangrijk dat het verhaal gehoord wordt en dat studenten hún perspectief begrijpen. Dat betekent dus ook dat deze inwoners van zich laten horen als ze zich onprofessioneel behandeld voelen: “Ja. Dan stel ik me beschikbaar… dan kunnen ze mij niet een week laten wachten voor ze een afspraak maken voor het gesprek”. Niet leuk voor de studenten, maar deze feedback én het gesprek met de wijkdocenten hierover biedt wel een leerzame bijdrage aan de beroepshouding van de aanstaande professionals.
In Leerkring Liemers richten studenten social work en verpleegkunde zich op financiële krapte bij agrariërs. En dat is niet voor niks. Verschillende signalen wezen op armoede bij ‘boeren’. De cijfers liegen er niet om; een op de drie Nederlandse agrariërs heeft een inkomen onder het bruto wettelijk minimumloon (bron). Maar wie zijn die mensen en wat is hun verhaal?
Oriëntatie op alle niveaus
De verhalenkamer startte, aan de hand van een kort lespakket, met een oriëntatie op verschillende niveaus: van macro-niveau tot persoonlijke ervaringen. Daarna volgde een workshop ‘Gesprekken over lastige onderwerpen’ als opmaat naar de gesprekken.
Wat in De Liemers volgde, waren gesprekken met een hulpverlener speciaal voor agrariërs, met veeartsen en met afgevaardigden van een plattelandsjongeren-organisatie. Studenten kregen zodoende een aardig beeld. Van de veearts leerden ze hoe die in het dagelijks werk financiële krapte signaleert. Belangrijk is, bijvoorbeeld, of een veehouder zijn dieren vaccineert. “Want,” weten we nu “als je geen geld hebt om je dieren in te enten, worden ze eerder ziek en dan worden de financiële problemen alleen maar groter”. Ze weten ondertussen ook dat armoede diepe sporen kan achterlaten bij agrariërs en hun families, dat heeft soms alles te maken met de emotionele betekenis van een familiebedrijf. Om nog meer greep op de materie te krijgen kan één van de studenten een dag mee met de geïnterviewde hulpverlener. De afvaardiging hebben ze onderling zo besloten en het sluit mooi aan bij de leervragen van de student. Via ‘de online klas’ ontvangt ze alle steun van een betrokken team. “Wij zijn trots op je!”
Koetjes en kalfjes
Ze zitten voorover gebogen, telefoons en blikje redbull bij de hand, en proberen alle informatie die ze inmiddels hebben verzameld te ordenen. En nu stellen ze vast dat ze nóg meer willen weten, omdat ze eigenlijk nog steeds niet zo’n goed beeld hebben van het boerenleven. Dus ze gaan er op af. Zodra dat besloten is, bruist het gesprek. De ideeën buitelen over elkaar. “We gaan naar een landwinkel en kopen gewoon een appel en een peer en dan stellen we vragen.” “Of we gaan een dag meelopen, dat vindt zo’n boer ook leuk. Dat je oprechte belangstelling hebt.” “Je moet ook leuke vragen stellen, dat vind ik zelf ook leuk. Ze gaan ook op vakantie en ze hebben toch ook hobbies. Daar moet je ook vragen over stellen, niet meteen over geld.” De studenten zijn het er over eens dat boeren trots zijn op hun dieren, dát is een mooi gespreksonderwerp. Dáár willen ze wel over praten. Koetjes en kafjes dus. “Je kunt een complete boodschap gebruiken zegt een van hen”. “Hoe zou je dat doen?” vraagt vierdejaars Sanne. Wijkdocent Wilfried vult aan. En zo stroomt het verder en worden hier en daar kritische noten gekraakt.
Van alles passeert de revue. Ook concrete vragen: Hoe ziet de kaart van de Liemers er eigenlijk uit? Wie gaat waarheen? Gaan we met de scooter? Nemen we alles op? Kan dat zomaar? En dan komt als vanzelf de vraag hoe de informatie die je verzamelt gedeeld kan worden. Unaniem zijn ze daar over. Het heet dan wel een Verhalenkamer, maar we gaan vloggen.
De betekenis en de aanpak van armoede regionaal onder de aandacht!
De eerste vlogs zijn aldus gemaakt, student Verpleegkunde Glenn en Marciano van Social Work gingen samen op pad. Glenn in een reactie op een gesprek: “Dit vond ik wat minder. Minder omdat de boeren er financieel tegenop zien”.
De vlogs en de verhalen worden gebundeld en in een later stadium geanalyseerd. Liefst samen met de mensen waar het om gaat natuurlijk. In Lingewaard vinden de verhalen een weg naar een Expositie in de Kinkel (12 januari 2021) en de gemeentepagina van de lokale courant, zodat het voor iedereen te lezen en te zien is. Met de opbrengsten van 2020 verdiepen, verbreden en versterken we de Verhalenkamer in 2021. Zó brengt de Werkplaats Arnhem en Nijmegen met haar partners de betekenis en de aanpak van armoede onder de aandacht!
Student-onderzoeker Sanne Jillissen op stap voor een kennismaking met agrariërs in De Liemers.
Student Glenn: “Boeren zien er financieel tegenop”