Column: Recreatie voor kinderen!

Sport is hot. Beweging wordt gestimuleerd. Prestatiedrang word steeds belangrijker. Waarom word de prestatiedrang zo veel belangrijker en niet het genieten van sporten? Is het een maatschappelijke trend of is de drang naar competitie en de beste zijn altijd al geweest?

Antwoorden wil ik niet geven maar verklaringen misschien stiekem wel. Ligt hier een taak voor iemand vanuit een sportopleiding? De taak om kinderen meer aan het bewegen te krijgen door een ingestampte prestatiedrang of willen wij kinderen weer laten genieten van bewegen? Zijn wij de komende generatie opvoeders die ook voor paal gaan staan in een reclame van de overheid waarin wij aan de kant staan te schreeuwen naar onze kinderen omdat we onze eigen behoeften nooit hebben kunnen bevredigen?

 

Ik denk dat hier als sport en bewegingsinstituut veel winst in valt te behalen. Hier word naar mijn mening al zeer veel winst in geboekt. Deze opleiding selecteert niet alleen op sportvaardigheid maar ook op sociale vaardigheden. Een topsporter maakt inderdaad nog geen goede docent. Is een docent een goede docent als de aangeleerde beweging perfect is of als je als docent een kind een succeservaring kunt geven? Het kind zelfvertrouwen geven om zich vrij te bewegen. Wil je dan het kind de perfecte passen aanleren en het kind laten scoren? Of willen wij het kind in eerste instantie leren genieten van zijn individuele bewegingsprestatie? Maar ach, misschien is er wel een hele mooie gulden middenweg. Ik hoor het graag.

[youtube]http://www.youtube.com/watch?v=eTfrnws5Rwk[/youtube]

Geef ik als docent toe als de kinderen blijven schreeuwen om puntentelling in de les? Is dit de vorm van plezier tijdens het bewegen of is er meer uit te halen? Is dit een verlangen vanuit het kind zelf of is dit het geprojecteerde verlangen van de ouders op het kind? Natuurlijk wil elke vader zijn eigen Messi maken en elke moeder haar eigen Sharapova fabriceren. Heeft het kind niet al genoeg druk op school en sportclub? Speel- en spelplezier wordt al bijna in zijn geheel ontnomen in de basisschoolfase. Willen wij dit als bewegingsmensen verder laten afnemen door ook alle bewegingen te gaan registreren zodat wij perfect gestroomlijnde, aerodynamische kinderen krijgen? Ieder voor zich. Natuurlijk geen zesjescultuur maar realistisch kijken naar wat een kind wel en niet kan. Misschien ook leuk om te kijken wat het kind ‘wil’.

 

Het enige dat ik wel weet is dat ik het kind weer wil zien glimlachen tijdens de gymles. Een kind dat zich vrij voelt in bewegingen. Wat lijkt het mij toch lekker om als kind te gaan gymmen na al die stomme reken en taaltoetsen. Om dan lekker te rennen, vliegen, springen, vallen en weer op te staan. Geen docent te hebben die zegt dat je het allemaal goed of fout doet. Vrij mogen bewegen in het primair onderwijs. Dat wil het kind in onszelf toch eigenlijk ook het liefst?

 

Harmen is een eerstejaars student van de ALO en schrijft over zijn ervaringen en ideëen over alles wat met de studie, het studentenleven en het werk als Leraar Lichamelijke Opvoeding te maken heeft.

Reacties

  1. 07 februari 2012 door Kinderopvang

    Een van de belangrijkste aspecten van sport is natuurlijk het plezier. Je moet ze laten genieten van sport, en je moet het ze al vroeg leren dat sport leuk kan zijn! Dit begint dus al bij de kleuteropvang en/of kinderopvang.

    Groet, Xandra