Column: Mobile learning in het HO: geen ELO’s maar App Stores
Deze blogposting is afgelopen week verschenen op het blog http://onderwijsinnovatie.blogspot.com/
Als je verschillende trendwatchers mag geloven heeft ‘mobile’ helemaal de toekomst, dus ook binnen het onderwijs. Voor veel onderwijsinstellingen is het echter nog te vroeg om te spreken van een duidelijke, afgebakende visie op welke rol mobile learning kan spelen binnen leren en opleiden. Binnen de HAN hebben we nu het project ‘Learning on the Go’ opgestart. In dit project ontdekken docenten en studenten in laagdrempelige, kleinschalige pilots de didactische meerwaarde van mobile learning. In dit project zien wij mobile learning als leren dat op elke gewenst moment kan plaatsvinden, ondersteund door mobiele technologie (Winters, 2007). Qua technologie richten we ons in de pilots op smartphones en tablets.
Docenten gaan in de pilots bijvoorbeeld aan de slag met korte, mobiele kennisclips, mobiel formatief toetsen of met het maken van lesmateriaal met augmented reality. Deze pilots kunnen in een later stadium dienen als input voor een HAN-brede visie op leren met ICT (en dus ook mobiele devices).
Vooruitlopend op deze pilots denk ik al wel eens na over hoe leren (met of zonder device) er uit zal zien in, pak ‘m beet 2020. Wat is er dan allemaal veranderd? Nu ben ik niet zo’n visionair die meteen dingen roept als ‘we lopen dan allemaal rond met een geïmplanteerde chip’; ik denk dat die veranderingen in het onderwijs niet zo radicaal zijn. Hieronder beschrijf ik enkele mogelijke veranderingen, licht gebaseerd op de uitgangspunten die we hanteren voor het bijwerken van onze visie op de digitale leer- en werkomgeving (DLWO) van de HAN.
There’s an app for that: de ELO als ‘app store’
Leren met ICT is in 2020 niet meer iets dat je vooral doet in een ‘one-size-fits-all’ electronische leeromgeving of ePortfolio op een PC. De ‘ didactische app’ is gemeengoed geworden in het onderwijs. De didactische app is simpel in gebruik en vooral goed in een specifieke didactische toepassing en niet meer dan dat. Wil je peerfeedback in je onderwijseenheid? Afstandsleren middels kennisclips? Vaardigheden oefenen in een veilige omgeving? Samenwerkend leren? Allemaal mogelijk dankzij gemakkelijk te gebruiken en onafhankelijke apps, die niets anders doen dan deze specifieke didactische concepten ondersteunen. De elektronische leeromgeving is een soort ‘app store’ geworden, waar opleidingen en lerenden zelf de apps kiezen die het beste passen bij hun visie op leren. Dankzij een ruime keuze uit deze didactische apps worden concepten als ‘social learning’ (b.v. peer feedback) en ‘situated learning’ (leren op de werkplek, praktijkleren) echt persoonlijk en plaatsonafhankelijk. (Sharples, 2008). Het maakt niet uit met welk device je een didactische app gebruikt; ze draaien overal op dankzij de doorontwikkeling van de HTML5- ‘webapp’ (De roosterapp van de HAN is daar een voorzichtig voorbeeld van). Didactische apps weten natuurlijk alles van je; ze zijn dan ook gekoppeld aan het learning analytics gedeelte van de app store (en dus electronische leeromgeving).
Scholen ontwikkelen overigens nog steeds hun eigen apps, want we doen nog steeds dingen op onze eigen manier. Voorlopers op het gebied van mobile learning (zoals Abilene CU en het Hondsrug College) laten dat ook zien dat dat nodig is.
It’s in the connection, stupid!
Leren gebeurt in 2020 vooral in sociale media- achtige netwerken, en die zijn natuurlijk vooral mobiel. Het ePortfolio is bijvoorbeeld een soort ‘LinkedIn’ stel ik me dan voor, waarin studenten (of eigenlijk, iedereen) zelf een account aanmaken die ook hun leven lang bij hen blijft, en niet meer instituutsgebonden is. Studenten bouwen hier hun eigen (persoonlijke en zakelijke) netwerken in op en bepalen zelf wat voor wie zichtbaar is. Dankzij slimme koppelingen kunnen bewijsmaterialen gemakkelijk in andere ‘apps’ (zoals een discussiebord of wiki) binnengehaald worden, maar ook omgekeerd; didactische apps werken ook automatisch je ePortfolio bij. Het ePortfolio lijkt misschien dan ook wel op de nieuwe Timeline- weergave van Facebook, zodat je een compleet overzicht van je lerende leven krijgt.. Het bijwerken van dit ePortfolio kan met elk apparaat, op een manier zoals je nu al met een app je Facebook of Twitter pagina’s bijwerkt. Het ePortfolio wordt zo een platform waar niet alleen formele leerervaringen worden vastgelegd, maar ook informeel leren een plek krijgt.
De les begint, mobiel aan! Bring your own device to class.
Verbieden van het mobieltje of laptop in de les? Ondenkbaar in 2020. Devices zijn ook in fysieke bijeenkomsten een wezenlijk onderdeel geworden van het leerproces. Smartboards of whiteboards zijn er niet meer, we hebben nu allemaal een tablet (of iets soortgelijks) waarop we synchroon content kunnen bekijken en daarmee kunnen interacteren, en als een leerling iets plenair wil laten zien, wordt dat gewoon draadloos op een witte muur geprojecteerd. Studieruimtes hebben geen studenten- PC’s, boekenkasten of andere fysieke media meer. Studieruimtes zijn verdeeld in verschillende omgevingen waarin studenten gemakkelijk kunnen (samen)werken met hun eigen devices. De ICT- afdeling van de school is er volledig op ingericht om al die verschillende devices te kunnen ondersteunen.
Zo zie ik mobiel leren in 2020, maar dit is nog maar een tipje van de sluier natuurlijk. Zie voor meer ideeën en tips ook mijn weblog Apps in het Onderwijs; heb je zelf nog goede ideeën of voorbeelden van mobile learning in het hoger onderwijs, schroom dan niet om te reageren. De uitkomsten van de pilots ga je in ieder geval ook terugvinden op ons HAN-ICTO blog.
Bronnen:
· Winters, N. (2007). What is mobile learning? In M. Sharples (Ed.), Big issues in mobile learning (pp. 7-12). Nottingham: LSRI.
· Sharples, M. (2007). Big issues in mobile learning van http://www.lsri.nottingham.ac.uk/Publications_PDFs/BIG_ISSUES_REPORT_PUBLISHED.pdf
Interessant om te lezen. Het klinkt goed dat een app een bepaalde didactische functie of toepassing zou hebben/ondersteunen.
Komt bij mij wel de vraag op of hoeveel apps dan ideaal zou zijn? Hoeveel functies willen en kunnen we ondersteunen met een app.
Overigens krijg ik meer en meer vertrouwen in HTML5 als techniek voor de mobiele lerende, en dus niet native apps. De University of Oxford heeft dit ook ontwikkeld en in gebruik. Zie http://m.ox.ac.uk/desktop voor meer info.