Vitamine D bij sporters: van meerdere kanten belicht!
Door Sarai Pannekoek
Naast dat vitamine D een belangrijke rol speelt bij de botgezondheid, zijn er aanwijzingen dat de vitamine D status invloed kan hebben op de algemene gezondheid en het prestatievermogen van de atleet. Onderzoekers suggereren dat een sufficiënte vitamine D status de prestatie van de atleet verbetert. Uit onderzoeken blijkt dat vitamine D een belangrijke rol speelt bij de immuunfunctie, regulering van ontstekingsreacties in het lichaam en de spierfunctie. Vanwege onvoldoende UVB-straling, is het in Nederland niet mogelijk gedurende de wintermaanden vitamine D aan te maken middels blootstelling van de huid aan zonlicht. Hierdoor is de kans groot dat atleten in Nederland een insufficiënte of deficiënte vitamine D status hebben in deze tijd van het jaar.
Vitamine D is een in vet oplosbare vitamine en kan op twee manieren worden aangemaakt in het lichaam: door voedingsinname van producten die deze previtamine bevatten en middels blootstelling van de huid aan zonlicht. Previtamine D wordt in het lichaam, door de lever en de nieren, omgezet in de actieve vorm van vitamine D.
Voeding
Natuurlijke bronnen die vitamine D bevatten zijn vette vis, eidooiers en zongedroogde paddenstoelen. In Nederland worden margarine, halvarine, en bak- en braadproducten verrijkt zijn met 7,5 µg vitamine D per 100 gram. Voeding levert een kleine bijdrage aan de vitamine D status in het serum, doordat het lichaam gemiddeld 50% van het in de voeding aanwezige vitamine D absorbeert. Vooral de consumptie van vette vis levert een bijdrage aan de vitamine D status, omdat het gemiddeld 10 µg vitamine D bevat. De Gezondheidsraad adviseert twee keer per week vis te consumeren, waarvan één keer vette vis. Voorbeelden van vette vis zijn: makreel, haring, zalm, paling, heilbot, bokking, sardines en forel.
Zonlicht
Vorming van vitamine D in de huid, onder invloed van UVB straling uit het zonlicht, is de belangrijkste bron voor de vitamine D voorziening. Negentig procent van de vitamine D behoefte komt door de blootstelling van de huid aan zonlicht. Verschillende factoren zorgen ervoor dat de productie van vitamine D in de huid af- of toeneemt:
– Geografische locatie; onderzoeken tonen aan dat vitamine D niet kan worden geproduceerd in de wintermaanden op breedtegraden groter dan 35° N, doordat de zonnestraling verzwakt wordt door de atmosfeer.
– Seizoen; verschillende onderzoeken rapporteren in de zomer en herfst hogere vitamine D waarden dan in de winter en lente. De zon staat tijdens de wintermaanden in Nederland een stuk lager aan de horizon. Hierdoor moet de straling door een veel dikkere laag atmosfeer, en is de UVB straling minder sterk. De productie van vitamine D in de huid neemt dan af.
– Tijdstip van de dag; UVB straling is het sterkst in de middag. In de ochtend/avond is de UVB straling afgezwakt, waardoor de productie van vitamine D in de huid afneemt.
– Kleding; het dragen van kleding verminderd de blootstelling van de huid aan zonlicht, waar-door de productie van vitamine D afneemt.
– Huidpigmentatie; mensen met een zeer lichte huid verbranden snel bij blootstelling van de huid aan zonlicht. Hierdoor neemt de vitamine D productie af. Mensen met een donkere huid maken minder snel vitamine D aan door blootstelling van de huid aan zonlicht, vanwege hun huidpigmentatie.
– Buitenactiviteiten; Het is belangrijk voldoende buiten te komen, buitenactiviteiten zorgen ervoor dat de productie van vitamine D in de huid toeneemt.
– Zonnebrandcrème; onderzoeken tonen aan dat het gebruik van zonnebrandcrème ≥ SPF 15 de productie van vitamine D in de huid remt.
De Gezondheidsraad
De Gezondheidsraad heeft de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid voor vitamine D voor volwassenen van 19-50 jaar, vastgesteld op 2,5 µg vitamine D per dag uit voeding. Daarnaast adviseren zij om iedere dag minimaal 15 minuten buiten te komen, waarbij handen en hoofd onbedekt zijn. Voor personen met een donkere huidskleur, of mensen die niet voldoende buitenkomen geldt een suppletieadvies van 10 µg vitamine D per dag.
Onderzoek
Atleten met een groot risico op vitamine D insufficiëntie en deficiëntie zijn zij die binnen sporten, verblijven op hoge breedtegraad en een donker getinte huid hebben.
Momenteel wordt door Renske Geers en Saraï Pannekoek, onder leiding van Ingrid Ceelen en Floris Wardenaar, onderzoek verricht naar de vitamine D inname en status bij topsporters. De vitamine D inname en status in het bloed worden verzameld als onderdeel van een topsporttraject. Floris Wardenaar maakt deel uit van het team Voeding van NOC*NSF en binnen dit team voorziet hij in de begeleiding van topsporters.
Tevens ontwikkelen deze twee vierdejaars Voeding en Diëtetiek studenten een screeningsinstrument om sporters die risico lopen op een insufficiënte- of deficiënte vitamine D status in kaart te brengen. Met behulp van dit screeningsinstrument kunnen sportdiëtisten overwegen om de vitamine D status van de sporter te laten bepalen, zodat deze geoptimaliseerd kan worden.
prima , maar wat de gezondheidsraad adviseert moet strafrechterlijke gevolgen hebben . Geen enkel benul van de waarden . Zoals altijd.
De gezonheidsraad heeft een lastige opdracht. Veilige adviezen voor de gehele Nederlandse populatie. De gezondheidsraad werkt adviezen uit op uitnodigingen van de minister van VWS. Zolang de minister niet vraagt voor bijstelling van de voedingsnorm van vitamine D gebeurd er dus niets. Enkele jaren geleden, 2008 om precies te zijn, heeft de minister wel verzocht om een advies mbt vitamine D. Toen heeft de gezondheidsraad wel een advies gegeven om voor een aantal specifieke groepen suppletie toe te passen. Daarmee laat de gezondheidsraad zien wel open te staan voor aanpassing van de huidige normen. Formeel kon de gezondheidsraad de norm echter niet bijstellen omdat de vraag er niet lag vanuit de overheid. Enige nuance in het op waarde schatten van de gezondheidsraad lijkt mij op zijn plaats.
Floris , met alle respect maar wat een geleuter , die wacht op die . Komop !
Lees dit maar eens , een eyeopener :
http://www.niburu.nl/index.php?option=com_content&view=article&id=210:8000-ie-vitamine-d-per-dag-beschermt-tegen-ziekten&catid=17:gezondheid&Itemid=30#.T0yn1PsX5V0.twitter
Kijkend naar de publicatie van Garland et al (2011) zie je idd dat hogere vitamine D innamen leiden tot een betere vitamine D status. Overigens, wat je goed in grafiek twee in het artikel kunt zien, er is een grote variatie in individuele respons. Dat betekent dat het effect op een individu erg verschillend kan zijn. Dat is iets wat we nu ook zien in de sport, waar vitamine D suppletie de laatste jaren steeds vaker wordt toegepast. Voor advies op populatieniveau lijkt mij dat meer onderzoek nodig is. Je ziet wel dat overheden langzaam aan opschuiven. Overigens, het artikel waarnaar bovenstaande link refereert kopt met 8000 IE als wonder tegen ziekte. Daar is het een kop voor, de onderzoekers durven daar in het artikel niets over te zeggen, terecht want de onderzoeksopzet was daar ook niet toereikend voor.
Voor de geinteresseerden de link naar het volledige artikel:
http://www.iiar-anticancer.org/openAR/journals/index.php/anticancer/article/view/215/218
Interessant artikel maar ik heb nog vragen. Ik heb recentelijk mijn D3 laten controleren en kwam op een waarde van 29, wat bizar laag is. Ik merkte het aan een verlaagde weerstand en het niet meer zo diep kunnen gaan tijdens de duursporten als mtb-en en zwemmen. Het lijkt of de laatste 20% van het vermogen niet kan worden aangesproken. Ik heb van de de huisarts colecalciferol dosis 50.000 ie/ml gekregen welke ik maandelijks moet nemen. Is deze dosering niet te laag en kan ik het meerdere keren per maand nemen? Dit vanwege mijn lage waarde. Ik wil nl het peil weer normaal hebben zodat ik tijdens de langere mtb tochten tot 100 km weer diep kan gaan en mijn vermogen kan aanspreken. Verder vraag ik me af of ik gewoon door kan trainen of juist aangepast moet trainen? Hoe snel is D3 weer op normaal peil? Wie kan mij verder helpen of heeft de juiste tip van een sportarts die ook kennis heeft van vitamines? Eerder heb ik ook al B12 tekort gehad. Ik ben vegetariër en train gemiddeld 4 keer per weer. In de zomer nog iets meer en ook langere tochten op mtb- of racefiets.