Onderzoek binnen BVO’s: van Talentenmonitor tot opleiden in Jumpsquare
Binnen HAN Sport en Bewegen zijn we natuurlijk altijd in beweging. Zo ook het Team Talent Identification & Talent Development. Het team werkt binnen meerdere hubs aan thema’s als maturiteit, pedagogisch klimaat, sportprofielen en vaardig in bewegen. Dit doet het team onder andere binnen Betaald Voetbal Organisaties (BVO’s). Welke mooie projecten kunnen we in 2023 verwachten?
KNVB Talentmonitor en biologische leeftijd
Stijn ter Welle (onderzoeker & docent) vertelt er graag meer over. Want ook in 2023 werken onderzoekers, docenten en natuurlijk studenten aan allerlei projecten binnen de BVO’s. Tijd voor een update, want hier mogen we trots op zijn. Stijn vertelt vol enthousiasme over de nieuwe projecten. “Waar zal ik eens beginnen? De KNVB is een mooi voorbeeld denk ik. Daar zijn we ruim 2 jaar geleden gestart met de Talentenmonitor. Een methode waarbij we jeugd onder de 13 t/m onder de 21 regelmatig testen. We kijken dan naar motorische vaardigheden en bijvoorbeeld ook hoe de spelers er fysiek aan toe zijn. De KNVB biedt dit BVO’s in Nederland aan, in samenwerking met ons.” Op deze manier krijgen ze de mogelijkheid om hun jeugd te laten testen én monitoren. Er doen momenteel 25 BVO’s aan mee, ze delen de data vanuit de onderzoeken binnen de hub. Stijn: “Hier profiteert iedereen weer van, met als doel om kinderen zich beter te laten ontwikkelen. Onze 3e en 4e-jaars studenten doen bij de Talentmonitor de coördinatie, 1e en 2e-jaars voeren de testen uit.” Deelnemende clubs krijgen een advies per team, dat team wordt vergeleken met gemiddelden binnen die leeftijdsklasse. Nieuw is dat ze nu met de Talentenmonitor naar de biologische leeftijd kijken. Ook houden ze de ontwikkeling beter in de gaten, door dit jaar voor het eerst 2 keer per jaar te testen in plaats van 1 keer.
Structurele samenwerking NEC
Ook interessant om even uit te lichten is de samenwerking met NEC. “Die is namelijk vanaf dit studiejaar echt structureel te noemen en daar zijn we blij mee. We werken er aan 3 topics: data-analyse, talent herkennen en motorisch vaardig worden (Breed Motorisch Opleiden, BMO). Er zijn nu 2 afstudeerstudenten aan de slag en een 3e-jaars student, er komen nog 3 studenten uit het 3e jaar bij binnenkort. Zij onderzoeken wat NEC jeugdspelers moet aanbieden rondom de groeispurt. En welk aanbod hebben kinderen nodig vanuit Breed Motorisch Opleiden?”, licht Stijn toe.
Trainingsaanbod binnen de PSV Academie
HAN Sport en Bewegen werkt ook al langere tijd samen met PSV. Dat gebeurt binnen de PSV Academie (voorheen het Fundament). Stijn vertelt dat hier momenteel 1 student bezig is met het uitvoeren van testen en het ontwikkelen van een programma voor BMO. Dat gebeurt 2x per jaar, het uitgangspunt is daarbij dat je meerdere jaren bij de jeugd blijft en niet meer gedeselecteerd wordt. “In het kader van Breed Motorisch Opleiden volgen jeugdspelers bijvoorbeeld een programma in trampolinepark Jumpsquare, dat wordt door onze student geëvalueerd. Het trainingsaanbod en optimale ontwikkeling staan nu meer voorop binnen de PSV Academie, we maken hier graag onderdeel van uit”, vat Stijn samen.
Talentherkenning bij FC Utrecht
Er zijn dus allerlei ambities binnen de BVO’s waar Stijn en zijn team aan werken. Stijn geeft nog een actueel voorbeeld: “Bij FC Utrecht werken we aan talentherkenning (scouting). We bekijken hoe je dit als club kunt verbeteren. Waar moet je als scout op letten? Wat zie je op het veld en wat kun je daaruit afleiden? Is het altijd degene die de meeste doelpunten maakt, degene die een snelle schaarbeweging maakt? We voeren in 2023 gesprekken, voeren motorische tests uit. Kijken bijvoorbeeld ook naar leervermogen, werkhouding en motoriek. Dit project is net opgestart en draait vooral om het achterhalen van potentie.”
Bio-band toernooi bij sv Orion
Ter afsluiting wil Stijn nog iets delen. “Geen betaald voetbal, maar zeker de moeite waard om te benoemen. We werken al langere tijd samen met amateurvereniging sv Orion. In 2023 zijn we daar ook weer met interessante projecten bezig. Zo ontwikkelden we het Bio-band toernooi. We delen spelers in op biologische leeftijd en niet op kalenderleeftijd. Hiermee voorspellen we in welke ontwikkelingsfase ze zich bevinden: p1, p2, p3 of p4. Iedere 3 weken spelen ze vervolgens een toernooi tegen spelers binnen hun eigen ‘band’. Wat doet dit met hun techniek? En met het plezier? We zien nu bijvoorbeeld dat spelers die hierdoor tegen jongere kinderen spelen meer plezier hebben. En degenen die tegen oudere kinderen moeten spelen, vinden het juist minder leuk. Dat is interessante informatie, waar we zeker nog mee verder gaan.”