Minormarkt: voor je vragen en antwoorden!

Studenten Robin, Allard en Josette vangen geïnteresseerde studenten op, met al hun vragen.

Studenten Robin, Allard en Josette vangen geïnteresseerde studenten op, met al hun vragen.

Op dinsdag 23 februari j.l. was daar weer de minormarkt. Gesteund door lesboeken, producten van studenten, flip-overs, spandoeken, foto- en video in alle kleuren en maten stonden docenten, veelal mét enkele van hun studenten, trots de minor waar zij zich mee verbonden weten aan te prijzen. Enerzijds een vreemd gebeuren om je minor zo te etaleren met als doel ‘nieuwe leden’ te trekken voor de volgende editie. Onderwijs als consumptiegoed: een typisch gevalletje van een doorgeschoten consumptie maatschappij? Anderzijds: als we er niet trots op zouden zijn, of niet in het belang van die minor geloven, zouden we er dan staan? En het allerbelangrijkste van de minorenmarkt: aanstaande minorstudenten kunnen zich hier oriënteren om tot een keuze te komen, naast de beschikbare info op Kies Op Maat en op de HAN site voor minoren. Geanimeerde gesprekken werden met elkaar gevoerd bij de minorkraampjes en wie wilde had de mogelijkheid om plenaire presentaties over minoren bij te wonen.

 

Vragen en antwoorden over de minor Zingeving in Social Work

Ook de minor Zingeving in Social Work werd aan praktische en diepgaande vragen onderworpen. Soms hebben we duidelijke antwoorden, soms helpen vragen ons ook om zelf nog scherper te krijgen hoe we kijken naar het onderwerp zingeving en naar de organisatie van de minor. Deeltijdstudenten Robin en Allard (SPH) en voltijdstudent Josette (MWD) stonden docenten Richard (Pedagogiek) en Dries (SPH) bij in het bieden van antwoorden op vragen. Hieronder zetten we de meest gestelde vragen op een rijtje. Voel je vrij om hier op het blog door te vragen of nieuwe vragen te stellen.

Wat heeft zingeving met sociaal werk te maken? Is dat niet heel zweverig?

Deze associatie met zingeving – dat het een zweverige kwestie is – hebben we veel gehoord. Geen gekke vraag! Want veel van wat in het sociaal werk als ‘goed’ of ‘betrouwbaar’ beschouwd wordt heeft zich de laatste decennia ontwikkeld tot ‘meetbare resultaten’ … althans… dat streven we na. Of ‘geloven ‘we’ 😉 …  Iemands zingevingskader laat zich niet meten. Wanneer is iemands zingevingskader goed? In ieder geval is er samenhang tussen het hanteren van zinvragen en lichamelijk, psychisch en sociaal welbevinden. En dat ga je in de minor leren!  Ook wordt zingeving al snel geassocieerd met religiositeit en spiritualiteit. En dat is ook al terecht.  En ook hier hebben we in het domein van het sociaal werk een beetje last van onze historie: met de secularisatie (‘ontkerkelijking’) zien we dat bijvoorbeeld in de psychiatrie weinig taal en notie is voor existentiële zingevingsvragen die ten grondslag kunnen liggen aan depressies. Tegelijkertijd doen mensen in deze tijd van alles aan ‘zelfonderhoud’ in de vorm van meditatie, gebed, yoga- of houden zij er een sterke natuur- en lichaamsgerichte ideologie (vitaliteitsdenken) op na.  Uit onderzoek (Verhagen en Van Megen, 2012, Handboek Psychiatrie, religie en spiritualiteit) blijkt dat bij verslaving en depressie bij mensen die actief bezig zijn met zingeving (kan religieus, spiritueel, maar ook meer ‘aards’, of filosofisch, humanistisch, etc) gangbare behandeling beter werkt en kans op terugval kleiner is. En ten slotte: zoals Jan Drost (hedendaagse filosoof die veel bezig is met ‘geluk’) stelt in zijn boek ‘Denken helpt’ (2015) : ‘Filosofie zweverig? Níet nadenken over je leven is pas zweverig! Wie zichzelf geen grote vragen stelt, leeft in het wilde weg en kan hopeloos verdwalen in leegte en machteloosheid. Om een betekenisvol en voorspoedig leven te kunnen leiden moeten we weten wat ons leven betekenis geeft en wat ons gelukkig kan maken of, iets bescheidener, minder ongelukkig’. In onze minor willen we sociaal werkers een sensitiviteit en kennis meegeven voor het belang van aandacht voor zingeving-  juist omdat zingeving een bewezen invloed heeft op al die andere aspecten van welbevinden waar we jullie toe op leiden.

Wat vraagt deze minor voor een mentaliteit?

Lezen! Praten! Nieuwsgierig zijn, en bereidheid tot vertragen en de kunst van het ‘niet weten’- maar wel verwonderen! Het helpt als je van lezen en filosofische gesprekken houdt. Het is geen minor die snelle, protocollaire oplossingen biedt.

Welke onderwerpen of vakken komen aan bod?

Filosofie over zin en geluk, godsdienstpsychologie, godsdienstsociologie en antropologie bieden zicht op zingevingskaders, diepere waarden dien mensen aan het bestaan toekennen, rituelen. Middels de opdrachten krijg je de gelegenheid om jezelf te verdiepen in een ideologie of levensbeschouwing. Je krijgt geen inleidingen in de wereldreligies. De functie ervan op welbevinden staan centraal. Ook oefen je gespreksvaardigheid in het voeren van trage, niet- probleemoplossende maar juist verdiepende gesprekken.

Hoe spelen zingevingskaders van studenten een rol?

Je gaat deze verkennen en onderzoekt hoe jouw zingevingskader invloed heeft op je denken en handelen als sociaal werker – naar de cliënt en naar je organisatie.  In de lesgroep streven we ernaar om van elkaar te leren. De groep biedt een oefenplaats in het omgaan met verschillende opvattingen van studenten en docenten.

Hoe is de verbinding met de praktijk?

Van deeltijdstudenten wordt verwacht dat zij, net als tijdens hun major, een relevante werkplek hebben waar zij ook met zingeving aan de slag kunnen. De voltijdstudenten moeten een stageplaats/stageproject zoeken waar zij tenminste een dagdeel per week bezig kunnen zijn met het thema. Ze mogen zelf iets opzetten in een organisatie of aanhaken bij een bestaand project- als zij daar een significant aandeel kunnen hebben in de ontwikkeling en/of  uitvoering van een project. Dit mag een themagroep, het ontwikkelen van materiaal zijn, of een onderzoek. Veel is bespreekbaar-  als je maar aan de drie competenties kunt werken inzake zingeving in sociaal werk (zie algemene info minor op Kies op Maat).

Daarnaast komen er regelmatig gasten uit de praktijk een workshop, verhaal of les geven. Ook doen we excursies naar plaatsen waar zingeving expliciet aan de orde komt zoals de begraafplaats, studentenkerk etc. Als student kun je ook meedenken en mee-organiseren. Suggesties aandragen!

Hoe wordt er getoetst?

Er zijn drie toetsen waar je middels leeropdrachten naar toe werkt: een kennistoets (betoog schrijven met een groepsgesprek om je betoog aan de man-en vrouw te brengen), een reflectietoets (waarin je een zelfonderzoek doet naar jouw zingevingskader en de meerwaarde ervan voor jouw sociale werk) en tenslotte een toets ‘beroepsproduct’ (wat  bestaat uit een verantwoordingsverslag behorende bij een door jou (mede-)ontwikkelde bijdrage rond zingeving in sociaal werk-  heel praktijkgericht dus!).

Hoe zijn de lesdagen bedacht?

Deeltijd en voltijd heeft samen les op één dag (momenteel de dinsdag) en de voltijd nog een extra ochtend (momenteel donderdag). Ook gaan we twee dagen op ‘Vertraagkamp’ om het groepsproces te bevorderen en eerste verkenningen te doen rond het eigen zingevingskader.

Uitstroomprofielen en kans op een baan?

Momenteel draaien we de eerste editie en hanteren we een aanpak voor de uitstroomprofielen, in overleg met de uitstroomprofiel coördinatoren. We denken dat zingeving zowel voor jeugdzorg, GGZ als gehandicaptenzorg een belangrijk rol speelt (blijkt ook uit diverse onderzoeken).  We stellen de studenten in de gelegenheid om de opdrachten in te vullen met voor hen relevante doelgroep oriëntatie. Ook bieden we op maat vakliteratuur en weerslagen van praktijkonderzoeken aan voor de verdieping. Gedurende deze eerste editie moet blijken of we dit goed gedaan hebben. Spannend! Wij gaan ervoor de minor geschikt ‘gestempeld’ te krijgen voor alle drie de UP’s.

En of je met deze minor meer kan maakt op een baan?  Ik ben van mening dat dit en niet te beantwoorden vraag is- door mij niet- en door geen collega. Het is een relevante minor voor het sociaal agogisch domein- anders was ze niet goedgekeurd en anders was er ook geen interesse. Onze notie is, dat betrokkenen uit het werkveld bevestigen dat zingeving als onderwerp écht aandacht nodig heeft. Een goede HBO-er kan signaleren, meedenken, initiatieven nemen en anderen inspireren. En dat is onze inzet, gericht op zingeving.

Reacties

  1. 20 juni 2018 door Anne de Kleijn

    Wat zijn de voorwaarde waar de praktijkplaats binnen deze minor van zingeving aan moet voldoen? En mag je huidige baan die binnen de zorg is, ook gebruikt worden als praktijkplaats?

  2. 20 juni 2018 door Dries de Moor

    De praktijkplaats moet relevant zijn voor jouw majoropleiding (dus bijvoorbeeld voor SPH, MWD, Verleegkunde etc). Verder moet er de wil zijn om met zingeving ‘iets’ te gaan doen. Dan kan verkennend (behoefteonderzoek) of verdiepend (methodisch maken van zingevingsgericht werken in de bestaande begeleiding/behandeling, een training voor vrijwilligers, een themagroep zingeving, etc). Het is prima om dat op een werkplek of stageplek te doen waar je al vertrouwd bent.