Uit de HAN praktijk: studenten ontwerpen eigen online toets

De minor “Leren en veranderen met E-HRD” van Opleidingskunde is een verdiepende minor waarin studenten werken aan beroepstaken omtrent het ontwikkelen van leerbeleid, het geven van opleidingsadvies en ontwerpen van leerarrangementen. ICT speelt daarbij een belangrijke rol. Onderwerpen die in de minor aan bod komen zijn oa digitale didactiek, e-learning systemen en verandermanagement.

De didactiek van de minor is deels gebaseerd op Virtual Action Learning met daarin de nadruk op studenten van elkaar laten leren en een belangrijke rol voor de HAN-Scholar omgeving om tijd- en plaatsonafhankelijk leren te ondersteunen. Studenten werken aan leerarrangementen die leiden tot producten die in hun eigen stage- of werkpraktijk toepasbaar zijn.

Studenten ontwikkelen eigen toetsvragen
Binnen de minor laten docenten Paul Jacobs en Petra Peeters studenten zelf hun toetsvragen ontwikkelen. Het mes snijdt daarmee aan twee kanten: studenten leren goede toetsvragen te construeren (leerdoel) en verdiepen zich in de inhoud van E-HRD. Wat dat laatste betreft, beweert Paul dat studenten de stof zelfs beter gaan beheersen en worden gestimuleerd om meer bronnen aan te boren.

Hoe zit dit leerarrangement in elkaar?
Iedere student maakt 3 toetsvragen gebaseerd op 3 verschillende en valide bronnen die hij/zij zelf selecteert. De vragen moeten als volgt zijn verdeeld: 1 kennisvraag, 1 inzichtvraag en 1 toepassingsvraag.  De vraagvorm moet meerkeuze zijn. Vooral het ontwikkelen van een inzicht- en toepassingvraag is een uitdagende opgave en vraagt om de nodige verdieping en verwerking van de inhoud.

De studenten plaatsen vervolgens de ontworpen toetsvragen in hun productenmappen op de HAN-Scholar omgeving. Ze bekijken elkaars vragen en geven daar online feedback op, specifiek op de inhoud en op de constructie van de vraag. Op basis van de ontvangen feedback scherpt iedere student zijn/haar toetsvragen aan en dient die in voor validatie door de docent.

Valideren houdt in dat de docent de ingediende toetsvragen beoordeelt op kwaliteit. De criteria daarvoor zijn het gebruik van valide bronnen, een juiste toepassing van de inhoud en valide vraagstelling.  De docent koppelt online terug naar de student hoe hij/zij de vragen heeft gevalideerd.

De positief gevalideerde vragen worden door Paul verwerkt in de eindtoets. Hij past daarbij de vraagvorm soms aan om het niet al te gemakkelijk te maken. Alleen wanneer studenten te weinig valide vragen hebben geproduceerd voegt Paul zelf vragen toe.

Articulate
De eindtoets wordt online voor de studenten aangeboden. Paul maakt gebruik van het e-learning softwarepakket Articulate om de vragen in te voeren en als online toets aan te bieden. Dat kost hem ongeveer 1 uur werk. De toets wordt afgenomen in een lokaal onder surveillance van een docent.  De einduitslag wordt door de docent per student geregistreerd en de student plaats een screendump van zijn de einduitslag ter plekke in zijn HAN-DPF.  Voordeel van Articulate is volgens Paul dat het laagdrempelig is. Ook voor voortgangstoetsing is het een handig pakket.  Voor een voorbeeld van wat mogelijk is met Articulate als het gaat om toetsing, bekijk deze demotoets van Opleidingskunde.

Evaluatie
Over het algemeen worden er goede cijfers gescoord. Immers studenten hebben zelf de toetsvragen ontworpen. Toch is het leereffect  groot, aldus Paul. Studenten beheersen de stof heel goed en boren veel meer bronnen aan dan ze zouden hebben gedaan als de docent de toets had samengesteld en dat literatuur zou hebben afgebakend.  Studenten geven dat zelf ook aan. Bovendien vinden ze het leuk.

Reacties

  1. 11 januari 2013 door Raoul Teeuwen

    Leuk: mijn collega Esther Arrindell wees me er op en legde de relatie met het project SOAP: http://www.surf.nl/nl/projecten/Pages/SOAP.aspx .

  2. 14 januari 2013 door Niels Maes

    Dank voor je reactie, Raoul.
    Ik zal het project ook onder de aanbracht brengen bij de docenten uit deze blogpost! Met groet, Niels