Brainstormen over de toekomst van het HAN Digitaal Portfolio

Wat verwachten docenten, studenten en het werkveld van het HAN Digitaal Portfolio (HAN-DPF)? Hoe zou het HAN-DPF er in de toekomst uit moeten zien? Met deze vragen heeft een kleine groep van docenten, beheerders, medewerkers, leverancier en een student zich bezig gehouden tijdens een brainstormsessie over de toekomst van het digitaal portfolio binnen de HAN. Het doel van deze brainstormsessie was om zowel de HAN als de leverancier van het HAN-DPF  (Computron) handvatten te geven voor de (onderwijskundige) doorontwikkeling van het HAN-DPF. Ondanks het relatief kleine vertegenwoordiging waren meerdere rollen vertegenwoordigd en konden de vragen vanuit verschillende perspectieven bekeken worden.

De uitdaging was daarbij om juist niet in te zoomen op mogelijke functionele verbeteringen van het huidige DPF-systeem, maar na te denken over vragen als “wat ik wil ik als student nou eigenlijk kunnen met een digitaal portfolio?” of “welke mogelijkheden vind ik nu echt belangrijk als docent?”. In drie groepjes gingen de deelnemers aan de slag met het maken van een mindmap, elk vanuit een eigen perspectief (student, docent en werkveld). Opvallend is dat vanuit alle drie de perspectieven de wens om het HAN-DPF ‘buiten’ de HAN te plaatsen sterk naar voren kwam; het HAN-DPF zou een levenlang beschikbaar moeten kunnen zijn, en niet moeten ophouden bij het afstuderen.

Na de brainstormsessie heeft elk groepje hun mindmap gepresenteerd en hebben de deelnemers er een prioritering gemaakt van de belangrijkste wensen. De drie belangrijkste wensen voor de toekomst die de deelnemers uiteindelijk kozen zijn:

  • Het HAN-DPF als openbaar toegankelijke, doorzoekbare kennisomgeving.
    Eigenlijk vind je in het HAN-DPF een enorme schat aan kennis en expertise, die nu nog alleen nog vooral intern toegankelijk is. Wanneer je studenten de mogelijkheid biedt om (delen van) hun digitale portfolio openbaar te maken, creeer je een omgeving waarin studenten zichzelf kunnen profileren naar de buitenwereld, en dus ook naar toekomstige werkgevers. Het portfolio zou dan ook na de opleiding beschikbaar moeten blijven. Het portfolio wordt daarmee eigenlijk een verrijkt CV, die interessant kan zijn voor werknemers in de regio.  Het bijhouden van je digitaal portfolio wordt dan ineens nog belangrijker, want je wilt natuurlijk niet  dat potentiele werknemers een leeg portfolio aantreffen als je jou gevonden hebben in het systeem. Het is natuurlijk wel belangrijk om voorafgaand aan publicatie goede afspraken te maken voor wat betreft privacy, auteursrecht e.d.
  • Het HAN-DPF als ‘sociaal leernetwerk’, binnen en buiten de HAN.
    De deelnemers gaven verder aan dat het digitaal portfolio veel meer een  ‘sociaal leernetwerk’ zou moeten zijn. Het HAN-DPF zou bijvoorbeeld de mogelijkheid moeten bieden om een echt netwerk van contacten aan te leggen die bijvoorbeeld dezelfde expertise en interesses hebben, vergelijkbaar zoals je dat bijvoorbeeld in LinkedIn doet. Die contacten kunnen dan natuurlijk buiten de HAN liggen. Dat netwerk moet het ook mogelijk maken om makkelijker te reageren op portfolio’s van anderen, anderen te volgen, of zelfs om producten van een ander te ‘liken’.
  • Beter kunnen volgen van leerprocessen van een student.
    Tijdens zijn loopbaan op de HAN plaatst de student verschillende producten in zijn digitaal portfolio. Nu is het voor een docent vaak wat lastig om binnen al deze producten de groei van de student makkelijk inzichtelijk te maken, terwijl informatie over die groei vaak wel relevant is voor een docent of studieloopbaanbegeleider. Het digitaal portfolio zou de docent tools moeten bieden om leerprocessen van een student transparanter te maken, door bijvoorbeeld vergelijkbare producten uit meerdere jaren met elkaar te kunnen vergelijken. Als concreet voorbeeld werd ook de ‘Timeline’ functie van Facebook genoemd, waarmee je makkelijk een chronologisch overzicht van de gebeurtenissen uit iemands leven visueel maakt.

Zoals gezegd geven de genoemde punten richtlijnen aan de leverancier  en aan de HAN voor de verdere onderwijskundige doorontwikkeling van het HAN-DPF; het is natuurlijk niet gezegd dat de bovenstaande suggesties meteen zullen worden verwerkt in een volgende versie van het systeem. Daarnaast moet de discussie natuurlijk ook breder gevoerd worden binnen de HAN. De afsluitende vraag is daarom misschien wel: wat verwacht jij van digitale portfolio in de toekomst?

Reacties

  1. 03 april 2012 door Marij Veugelers

    Interessante discussie die ook te plaatsen is wat er landelijk en internationaal speelt.
    Wat kennisomgeving betreft: Ooit toen het DU portfolio werd gebouwd was de wens om ook een inzage te krijgen in allerlei scripties etc die studenten maken. Echter dat bleek erg lastig toen (2002) te realiseren zijn.
    Wat het volgen van het leerproces betreft: leuk idee die time line. Bij de UvA hebben we nu een matrix die iets aangeeft, maar dit is zeker een vervolg stap.
    En natuurlijk zou een portfolio een levenlang moeten kunnen meegaan. Daar zit een uitdaging in voor de leveranciers en de gebruikers.

  2. 04 april 2012 door luk vervenne

    Wat – mijns inziens – veel te weinig gebeurt is het onderscheid maken tussen data en diensten.
    Of ePortfolio’s zijn gefocust op data en dan schieten ze wegens hun xml corset schromelijk tekort,
    of portfolio focussen zich op diensten en zijn er zo goed als geen toepassingen die eportfolio gegevens M2M kunnen inzetten.

    Het is momenteel ‘nog van elks wat’ en zo bereiken we geen van beider doelen.
    Mijn suggestie is dat (1) portfolio’s doorgroeien als heuse toepassingen en dat (2) het datagedeelte worden ontsloten via de veel ruimer opgevatte personal data stores. Deze gelden dan meteen ook voor de arbeidsmarkt, inclusief (geanonimiseerde) export mogelijkheid naar BI diensten etc…
    Het dataverkeer dient dan wel end2end trust assured te zijn. (lees: user control & consent, transparant, accountable, auditable).
    Voor dat laatste element beëindigden wij net het Europees TAS3 project
    Zie: http://www.tas3.eu, http://www.youtube.com/user/tas3video

    Luk Vervenne
    Synergetics nv

  3. 04 april 2012 door Esther van Popta

    Met het risico dat je meteen in oplossingen gaat denken wil ik graag aanhaken op de suggestie voor het portfolio als sociaal leernetwerk. Ik denk dat je hiermee enerzijds de focus van het portfolio overstijgt en er meer een leeromgeving van maakt. Anderzijds heb ik recent ontwikkelingen gezien bij Sharepoint 2010 en dan in het bijzonder Social Sites, waarin je zo’n sociaal leernetwerk kunt faciliteren.