Het SURF project SCALA wil de kwaliteit en de efficiëntie van het beoordelen van werkstukken verbeteren. Klinkt als twee tegenstrijdige doelen dus is dat wel realistisch? Uit een van de pilots blijkt dat de efficiëntie in ieder geval gerealiseerd kan worden door de inzet van digitale tools. Maar hoe staat het met de kwaliteit?

SCALA
Het SCALA project (Scaffolding Assessments for Learning) is een SURFproject in het programma Toetsing en toetsgestuurd leren waarin de Universiteit Utrecht, Vrije Universiteit, Hogeschool van Amsterdam en de Hogeschool van Utrecht samenwerken. Ze willen 25% besparing realiseren op de tijd die docenten kwijt zijn aan het nakijken van werkstukken en de kwaliteit van de beoordeling en feedback verbeteren. Om dit te realiseren gaan ze digitale feedbacktools gebruiken. Deze tools maken het volgende mogelijk:

• Hergebruik van feedback
• Voorgestructureerde feedback
• Criteria geleide feedback

 Ook werken ze met Rubrics. Een rubric is een analytische beoordelingsschaal. In een analytische beoordelingsschaal staan aan de linkerzijde onder elkaar een beperkt aantal criteria waarop men de vaardigheid wil beoordelen. Achter de beoordelingscriteria zijn drie tot vijf beheersingsniveaus geformuleerd. Er zijn dus verschillende methodieken en tools die in pilots uitgeprobeerd worden tijdens het project.

VU: Turnitin en Blackboard
Bij de VU wordt gebruik gemaakt van Turnitin in combinatie met Blackboard. Turnitin is van oorsprong een plagiaatdetectiepakket maar dit gevat ook mogelijkheden voor digitaal nakijken en peerfeedback. Het is gekoppeld aan Blackboard. Studenten leveren hun product in BB in. De docent kan alle producten overzichtelijk digitaal nakijken met gebruik van Rubrics en digitale feedback.

Quick Marks in Turnitin
De digitale feedback kan worden gegeven via Quick Marks. Hier kunnen standaard feedback worden opgeslagen en hergebruikt. Dit scheelt de docent veel typewerk. Bijvoorbeeld opmerkingen over structuur, taalgebruik etc. Je kan als docent een set van herbruikbare feedback ontwikkelen en deze ook delen met je collega’s.  De pilots zijn nog niet afgerond maar de resultaten tot nu toe zijn erg bemoedigend. Deze manier van nakijken bespaart veel tijd, tot 40%. Doordat er gewerkt wordt met standaard feedback en deze ook gedeeld kan worden tussen collega’s is aannemelijk dat ook de kwaliteit van de feedback omhoog gaat. Dit moet nog onderzocht worden in het vervolg van het project. Het project loopt nog tot en met februari 2014.

Bij de HAN?
Bij de HAN maken we geen gebruik van Turnitin of Blackboard. Het is interessant om te kijken of de tools die binnen de HAN beschikbaar zijn zo ingericht kunnen worden dat ook wij een efficientie en kwaliteitsslag kunnen bewerkstelligen.