Wat hebben mannelijke HBO-studenten nodig om minder te vlees te gaan consumeren?

Het klimaat verandert, wat grotendeels komt door de opwarming van de aarde. De productie van rundvlees en melk is een grote factor die zorgt voor uitstoot van broeikasgassen. De vleesconsumptie moet onder andere dalen voor een beter klimaat. Verder is bekend dat de consumptie van te veel rood vlees, veel verschillende soorten ziektes tot gevolg heeft. Ook blijkt dat de thema’s klimaat en vleesconsumptie niet makkelijk zijn om het over te hebben. Kijkend naar de vleesconsumptie noemen veel mannen zichzelf een vleeseter en consumeren meer vlees (115 g/d) dan wordt aanbevolen. Er zijn verschillende determinanten die invloed hebben op het gedrag van mannen om minder vlees te gaan consumeren. Dit onderzoek richt zich op de determinant attitude. Opdrachtgever, HAN-Green Office, zet zich in voor duurzaamheid en streeft naar het creëren van bewustwording onder de doelgroep om minder vlees te gaan consumeren.

Het is onbekend wat nodig is om de doelgroep minder vlees te laten consumeren en wat de inhoud van een toepasbare interventie hierbij kan zijn. Hiervoor is de volgende onderzoeksvraag opgesteld door Jacolien Sijtsma en Natascha Killaars:

Wat hebben mannelijke HBO-studenten van 19-30 jaar tijdens een interventie of activiteit, gericht op de determinant attitude, nodig om op weg te worden geholpen minder te vlees te gaan consumeren?

Het doel is om deze hoofdvraag te beantwoorden en op basis hiervan een interventie of activiteit op te zetten in de Week Zonder Vlees in maart 2022.

Resultaat

Uit de diepte-interviews blijkt dat de deelnemers vlees eten omdat ze het lekker vinden, ze het gewend zijn vanuit de opvoeding, het eiwitten bevat en het gezond is. Verder zouden de deelnemers, om bij te dragen aan een beter klimaat, in de toekomst minder vlees gaan eten. Ook spelen er verschillende stigma’s een rol onder de deelnemers. Ideeën voor het doen van een interventie zijn, een kookworkshop, een tasting en een korte presentatie met informatie.

Aanbevelingen

Als eerst wordt er aanbevolen om een interventie te ontwerpen die inspeelt op het veranderen van de gedragsdeterminant attitude. Op deze manier kan er worden gewerkt aan de uitingen van gedrag die uit de interviews naar voren kwamen en passen bij de determinant attitude.
Verder wordt geadviseerd om vervolgonderzoek te doen om een beter beeld te krijgen van de gedragsdeterminanten die een rol spelen onder deze doelgroep en hoe daarop kan worden ingespeeld. Op deze manier zal de betrouwbaarheid en validiteit van het onderzoek worden verhoogd.

Wil je het hele abstract van Jacolien en Natascha lezen dan kun je deze hier downloaden.