Greep naar het verleden door Vera Wijnberg
Van in de klas naar voor de klas
Je hebt het vast wel eens gehoord: het docentschap is een roeping. Niet volgens Ghislaine van Heerde. Zij zit al zo’n 30 jaar in het onderwijs, maar na de middelbare school wist ze eigenlijk totaal niet wat ze wilde. Nu is ze directrice van een basisschool in Deventer en heeft ze haar passie voor het onderwijs helemaal gevonden.
Hoe was jij als leerling?
“Ik kon altijd goed leren. Het ging me allemaal makkelijk af. Daardoor kon ik op de basisschool veel dingen doen naast mijn schoolwerk. Ik heb heel wat getekend en geschreven. De lessen waren toen al best modern. We deden veel aan drama, theater en we maakten veel werkstukken. We mochten veel zelfstandig werken. Dat vond ik ontzettend fijn. Ik ging graag mijn eigen gang. Op de middelbare school begon ik met hele hoge cijfers, maar vanaf de tweede klas dacht ik: dit kan ook anders. Vanaf toen begon ik precies genoeg te doen om een voldoende te halen. Efficiënt leren noemen ze dat tegenwoordig geloof ik. Ik vond de middelbare school niet zo interessant, het was een moetje.”
Wat heeft jou geprikkeld om het onderwijs in te gaan?
“Op de middelbare school heb ik veel beroepstesten gedaan, maar er kwam elke keer weer iets anders uit. Mijn zusje wist wel al heel lang dat ze juf wilde worden, dus zo kwam ik op het idee om naar een open dag te gaan. Ik sprak daar zulke leuke mensen, de sfeer was echt goed. Zodoende ben ik aan de lerarenopleiding begonnen. Tijdens de opleiding ben ik het onderwijs enorm gaan waarderen. Ook vond ik de vakken (vooral de creatieve vakken) ontzettend leuk en ik had veel vriendinnen op de opleiding. Ik vind het lastig om te zeggen wanneer ik precies wist dat ik echt in het onderwijs wilde werken. Het is denk ik langzamerhand steeds meer gaan groeien tijdens de opleiding, en tijdens het werken al helemaal. Dan leer je pas echt hoe het allemaal werkt en wat het docentschap precies inhoudt.”
Wat heb je meegenomen uit je eigen ervaringen als leerling tijdens het lesgeven?
“Doordat ik op de middelbare school dus te weinig uitdaging had, interesseerde ik me na het afronden van mijn opleiding al heel snel in het meer- en hoogbegaafdonderwijs. Ik ben daar ook een extra opleiding voor gaan volgen. Ik vind dat kinderen die meer kunnen ook écht uitgedaagd moeten worden. Je gaat jezelf anders echt tegenkomen als je nooit bent uitgedaagd. Het is nu nog steeds een strijd om ook voor die kinderen tijd in te ruimen en de mindset van collega’s zo te krijgen dat ze snappen dat leerlingen die extra uitgedaagd moeten worden, net zo veel zorg nodig hebben als kinderen die dreigen uit te vallen.”
Wat zou jij anderen nog mee willen geven?
“Ga iets vinden waar je passie ligt en ga iets doen wat je leuk vindt. Dat kan heel lastig zijn, maar het is zo belangrijk om je eigen weg te gaan. Wees hierbij proactief, en stel doelen.”