Feuilleton door Vera Wijnberg

In de vorige editie:

Nora is in de markthal om haar vriendin Iris te zoeken en haar een pinautomaat te brengen. De prikkels in het gebouw worden haar echter te veel en Nora vlucht naar het mannentoilet waar ze Marcel tegenkomt. Marcel werkt op de markt maar is niet blij met zijn baan. Samen roken ze een joint en Marcel en Nora praten samen over de toekomst en over het feit dat Nora snel overprikkelt raakt.

 

Marcel en Nora zitten nog steeds op de ijskoude toilettegels. Het is al een tijdje stil, en Marcel wordt ongeduldig. “Nou?” vraagt hij. “Waarom raak je altijd zo overprikkeld?”

Nora zucht weer. “Ik ben hoogsensitief.”

“Hoogsensi-watte?” Marcel kijkt haar verward aan, terwijl hij zichzelf iets in de richting van Nora draait. “Het is niets raars hoor, ik ben gewoon gevoeliger voor prikkels dan anderen.”

Marcel wendt zijn blik weer af, en staart nu recht voor zich uit. Het is even stil.

“Is dat lastig dan, met stage enzo?”

Nora knikt. “Jawel, maar ik heb er ook niet altijd evenveel last van. Voor de klas staan is mijn droom, dan heb ik een stuk minder last van de prikkels dan als ik iets moet doen wat ik totaal niet leuk vind.”

“Zoals naar de markthal gaan tijdens een storm?”

Nora glimlacht. “Inderdaad.”

Marcel zucht. Het lijkt alsof hij iets wil gaan zeggen, maar hij twijfelt.

“Wat is er?” vraagt Nora.

“Jij vroeg me toch wat ik wilde worden?” Nora knikt.

“Leraar Economie,” zegt Marcel, terwijl hij zijn ogen neerslaat. Het gezicht van Nora licht op.

“Echt waar? Wat leuk!” Marcel haalt zijn schouders op.

“Waarom ga je er niet gewoon voor?”

Marcel lijkt te schrikken. “Nee. Nee, ik heb mijn werk bij de notenkraam, ik kan niet zomaar de hele week naar school.” Nora pakt haar telefoon en begint te typen.

“Kijk!” Ze houdt haar telefoon voor het gezicht van Marcel. “Je kunt een deeltijdopleiding doen, en dan kun je gewoon doorgaan met werken.”

Marcel wendt zijn blik af. “Ik weet het niet, hoor.”

Hij zet zijn handen naast zich neer op de grond, en duwt zichzelf omhoog. Hij heeft even geen zin meer om het hierover te hebben. Als hij staat, rijkt hij zijn hand uit naar Nora.

“Moet jij niet nog iets afgeven?”

De ogen van Nora worden groter. “Shit, ja.”

Ze pakt zijn hand en Marcel trekt haar omhoog. Hij staat al snel bij de deur, en steekt zijn hoofd naar buiten. Het lijkt iets rustiger in de markthal.

“Waar staat die vriendin van je?”

Nora pakt haar spullen en komt naast hem staan. “In vak C.”

”Oké,”

Marcel pakt de koptelefoon die Nora in haar handen heeft, en zet hem op haar hoofd. “Kom.”

Hij pakt haar hand vast en trekt haar mee de markthal in.

“Vak C, vak C,” mompelt Marcel zachtjes, terwijl hij en Nora met een hoog tempo door de markthal lopen.

Nora knijpt haar ogen dicht, en probeert alle sterke, pittige, zoete, bittere en zoute geuren te negeren, net als het misselijke gevoel dat weer komt opborrelen. Opeens staat Marcel stil, Nora loopt bijna tegen hem op. Ze opent haar ogen en kijkt snel om zich heen. Ze staan in de hoek van vak B, waar het relatief rustig is.

“Ik moet je eerst even iets zeggen, “ zegt Marcel. Nora haalt de koptelefoon van haar hoofd.

“Ik heb echt nog nooit iemand ontmoet zoals jij, ik heb echt veel van je geleerd vandaag.”

Nora glimlacht.

“Ik denk dat ik die deeltijdopleiding ga doen.”

Nora’s glimlach wordt breder.

“Jij hebt me echt laten zien dat ik mijn dromen moet najagen, ook al zijn die anders dan wat mensen van me verwachten.”

“Inderdaad,” zegt Nora.

“Niemand is hetzelfde, je moet altijd je eigen hart volgen.”

Marcel knikt.

Op dat moment klinkt dezelfde, monotone stem weer door de intercom: ‘Dames en heren, de sneeuwstorm lijkt voor het grootste gedeelte voorbij. U kunt zich dus weer op de weg begeven. Bedankt voor uw geduld, en wees voorzichtig.’

Nora en Marcel kijken elkaar aan.

Eindelijk.