Aan het woord met Marjolein Moorman door Katja Roga

Begin dit schooljaar vond er op de HAN weer een collegetour plaats. Deze keer werd communicatiewetenschapper, PvdA-politica en wethouder van Amsterdam Marjolein Moorman geïnterviewd. Als wethouder van onderwijs, armoede en inburgering had zij uiteraard een zinnige bijdrage aan ons als leraren in opleiding. Zij vertelt ons over haar vakgebied.

Van nul tot nu

Marjolein Moorman is opgegroeid in Wassenaar. Marjolein was op jonge leeftijd al politiek bewust. In een erg groene en linkse stad was het uitzonderlijk om zo roodgekleurd naar de politiek te kijken. Uiteindelijk heeft Marjolein van haar passie haar beroep gemaakt. Zij heeft zich bij de PvdA gevoegd en is sinds 2018 wethouder van onderwijs, armoede en inburgering. Hier maakt zij zich erg hard voor.

Ze streeft voor een eerlijker Nederland. Dit is een onderwerp dat ook veel terugkomt in haar boek Rood in Wassenaar. Haar boek is immers een pleidooi voor een kansrijk leven voor iedereen.

Toenemend wantrouwen is de dood van de democratie.”

Armoede in ons hoofd

Het hoofdonderwerp van Marjolein was armoede. Zij kwam als deskundige spreken in de week van de armoede. Hoe verhoudt armoede zich in een klas? Wat kunnen wij doen? Het begrip armoede houdt het volgende in, aldus Marjolein: “Wanneer je niet voldoende geld hebt om rond

te komen.” Dit is een best breed begrip, zo is armoede veel groter dan je eigenlijk beseft. Hoewel het niet gebonden is aan getallen en percentages, ziet Marjolein armoede niet negatief in. “Het is een probleem dat we kunnen oplossen. Een grote stap in het oplossen van armoede is onze mindset; het heeft te maken met hoe wij kijken naar armoede, niet per se dat we de hele problematiek oplossen.” In onze huidige samenleving is het ‘normaal’ om dus te zeggen dat het ene mens belangrijker is dan het andere mens, maar hoe zien we dat terug in een klas?

“De schoolboeken van je kinderen niet kunnen betalen of je kind zonder ontbijt naar school sturen. Dilemma’s die we ouders niet willen geven.” Armoede geeft ongelooflijk veel stress. Het is wetenschappelijk bewezen dat je IQ zelfs daalt van deze stress. Deze daling kan wel leiden tot 13 IQ-punten, die verloren raken door het opgroeien in armoede. Dat is al het verschil tussen ons hoogste en laagste niveau in het Nederlandse schoolsysteem. “Dit geeft niet alleen een groot maatschappelijk effect, maar het is ook erg onverstandig om mensen zo ongelukkig te maken. Mijn sociaal- democratisch hart bloedt daarvan”, zei Moorman.

Er moet fundamentele herbezinning op bestaanszekerheid komen en dat betekent dat er een omwenteling moet komen. Wat daarvoor nodig is? Visie! Visie is je houvast, je richting, waar willen we naartoe gaan als land. Sommige mensen noemen de ideeën van Moorman radicaal. Maar wat zij radicaal vindt, is dat geaccepteerd wordt dat er 1 op de 13 kinderen in armoede opgroeit. “Dat is pas radicaal!”

Levenslang

Wanneer we spreken over armoede in Nederland, spreken we vooral over schulden. Omdat mensen zich schamen voor hun schulden maken ze dit niet bespreekbaar en wordt het probleem niet gesignaleerd. Als het probleem uitgesproken wordt, is het vaak al te laat en zit je een leven lang vast aan schuld. “Onacceptabel!”, aldus Moorman, “Zelfs voor de doodslag krijg je niet levenslang.”

Bij jongeren is het zeker lastiger om schulden in de gaten te houden. Daarom begint de overheid nu met een ‘schulden-vrije-start’. “Iedereen verdient de kans om een studie te volgen en af te maken.”

(On)bereikbaar ideaal

Een ideale onderwijssituatie ziet er als volgt uit als het aan Marjolein ligt: “Misschien wat abstract, maar laat ieder kind een kans krijgen om zijn eigen talent volledig te ontwikkelen, wat dit ook mag zijn.”

Volgens Moorman is dit nu niet de situatie. Daarom pleit zij voor een ander onderwijssysteem. “We zijn kinderen al op vroege leeftijd al in vakjes aan het schuiven. Dat doen we niet op basis van talent, maar op basis van waar ze vandaan komen. Dit is het tegenovergestelde van kansrijk onderwijs.” Mensen die aan het begin van hun leven veel geluk hebben, biedt het onderwijs meer kansen. Dit zou precies andersom moeten zijn. Ten slotte is het superonge

zond om als samenleving een beslissing te maken voor een 11-jarige.

“Gelijke kansen is ongelijk investeren.”

Ten slotte wil Marjolein

iets meegeven aan onze leraren in opleiding. “Heb vertrouwen in je leerlingen. Hoge verwachtingen zijn een belangrijke factor voor degenen die het van huis niet meekrijgen, of juist wel.” Je moet inspelen op je leerling en hen gelijke kansen bieden. Besef dat sommige leerlingen meer steun nodig hebben. Een gelijke kans is niet dat iedere leerling hetzelfde aangeboden krijgt. Een gelijke kans is dat iedere leerling krijgt wat hij/zij nodig heeft om op hetzelfde niveau te komen als de anderen. Wel vindt Moorman leraren cruciaal in alle situaties: “Als leraar maak je elke dag het verschil. Dat maakt het vak van leraar het allermooist.” Op dit moment valt het stil in de zaal met alleen wat knikkende hoofden.

Auteur: Katja Roga