Rosakapje en de digitale wolf

“Niemand weet, niemand weet dat ik Rosakapje heet”, zuchtte Rosakapje. Ze was de zus van Roodkapje. Iedereen kende haar, maar wie kende Rosakapje?

Rosakapje studeerde Social Work in Nijmegen en had een fijn studeerkamertje in Bottendaal op de kop weten te tikken, maar door al dat coronagezeik was ze tijdelijk weer thuis gaan wonen. Haar ietwat grofgebekte moeder, een ambitieuze docentonderzoekster aan de HAN, werd gek van haar. “Rosakapje je blowt te veel, je plundert mijn koelkast en je doet geen reet voor school.”
“Mams, ik kan me echt, echt, echt, echt niet focussen op zo’n klein schermpje”, was het mantra van Rosakapje. “En die kleegas van jou zijn saaaaai…”

Ondertussen tuurde ze urenlang op haar telefoon scrollend langs vage filmpjes, eindeloze instabeelden en maakte af toe een TikTok. Soms dealde ze wat in Bitcoins, waagde een gokje en verder netflixte ze zich helemaal suf.
“Rosakapje ik wil dat je naar oma gaat. Hier heb je wat koek en rode wijn. Oma trekt die hele coronashit echt niet meer. Ze vereenzaamt zo helemaal. Ga effe langs bij haar en vergeet niet het mandje mee te nemen.”
Rosakapje probeerde er nog onderuit te komen, maar liet zich uiteindelijk overhalen en huppelde uiteindelijk toch wel vrolijk het wilde woud in. Best chill die natuur.

rosakapje met roze haar

Ondertussen probeerde Oma in haar huisje in het bos haar eigen handschrift te ontcijferen. Ze zat in haar tuin onder een kromgebogen kersenboom in haar poëzieschriftje te krabbelen.  Ze schreef: 

Kersenboom bloeit wit
Haar stam vol met zwammen
Oude vruchten zoet 

Jammer voor oma kon ze zelf niet meer lezen wat er stond. Haar ogen gingen snel achteruit, net zo snel als de rest van haar lichaam.
“Iedereen wil oud worden, maar niemand wil het zijn”, zei ze tegen niemand in het bijzonder. 
“Zo is het maar net”, antwoordde een zachte bromstem vanachter de kersenboom. Ze kneep haar ogen toe, zag een vage gestalte opduiken.
“Wie is daar?”, schrok oma.

“Rudolf van bureau de Digitale Wolf. Ik kom een kabeltje trekken. Glasvezel. Supersnel. De hele wereld binnen handbereik. U hoeft zich nooit meer te vervelen.” 
De vage gestalte bromde iets harder. Ze meende een harige man te zien. Hij sprak net iets te hard. Dacht ‘ie soms dat ze doof was?
”Ik heb niks besteld hoor. Neemt u de glaskabeltjes maar mee.” 
Rudolf lachte: ”Tis al betaald hoor, door uw dochter. Ik heb zelfs een laptoppie meegenomen. Sluit ik zo wel effe aan.”

Even later zat oma in haar huisje achter de laptop. Rudolf had een paar dingen uitgelegd, maar ze was het meeste alweer vergeten. Zijn bijna geelgekleurde ogen schitterden fel. Dat viel haar wel op. De rest van zijn gezicht was bedekt met een mondkapje, een erg spits mondkapje.
Toen een huppelend Rosakapje onverwacht opdook met koek en wijn, fleurde oma iets op. Ze zag bijna nooit meer iemand en haar dochter had het te druk met haar werk.
Rosakapje was verbaasd over de laptop en ook wel een beetje jaloers. Een nieuwe MacBook had zij nooit gekregen van haar moeder.
”Dit is goed nieuws oma. Weet u wat dit betekent?” Ze was zo enthousiast dat ze vergat afstand te houden. “We kunnen skypen. Hoef ik dat roteind door het bos niet meer te lopen. Lekker chill toch?”
Oma voelde de grond onder haar wegzakken. “Dus ik zie jullie straks alleen via een schermpje?”
“Coronaproof oma en we kunnen dan iedere dag even kletsen. Gezellig toch?”
In het hoofd van Rosakapje hoorde ze een stemmetje. Je kunt dit als een praktijkplek gebruiken. Eenzaamheid bestrijden. Gedichtjes en verhalen voorlezen en je harkt zo je praktijkuurtjes binnen. Rosakapje, je bent geweldig!
Wat Rosakapje niet opviel was de dieptreurige blik van oma. ‘Voor mij hoeft het niet meer’, dacht oma. Ik ben een oude kersenboom vol zwammen. Niemand lust mijn vruchten.   

Die nacht, Rosakapje was weer terug naar huis, lag oma te woelen in haar krakende bed. Ze droomde van een wolf, een grote harige wolf met grote harige poten en een dikke zwarte staart.  Ze vroeg hem waarom zijn ogen zo groot waren. 
“Dat is om jou beter te kunnen zien, oma!” En hoe zat het met die lange harige oren? 
“Om je beter te kunnen horen.” En vreemd genoeg besloop haar een fijn gevoel. Iemand die haar wilde zien en horen in deze tijd. 
De volgende dag skypte Rosakapje met oma. Rosakapje las haar een gedicht voor. Het deed haar denken aan een tripje naar Madurodam lang geleden met oma.

Madurodam
De kroketten in het restaurant
zijn wat aan de kleine kant. 

Ze kletste even wat met oma. Wat was het heerlijk om op een creatieve manier mensen te helpen! Oma sukkelde ondertussen in slaap achter haar laptop.
Toen ze wakker werd was het scherm leeg en de maan vol. Oma strompelde naar bed, maar kon niet slapen. Tussen droom en waken hoorde ze een wolf huilen naar de maan. Een vaag en harig gestalte verscheen in de raamopening. Hij opende zijn enorme muil en ze kon zijn scherpe witte tanden tellen. Vreemd genoeg was ze ook nu niet bang. Ze aaide zijn zwarte vacht en zachte oren en keek hem recht in zijn geelgekleurde ogen die schitterden als glasvezels. 
“Nu weet ik waarom je bek zo groot is”, fluisterde ze zacht.