“Onze studentenpopulatie is verhoudingsgewijs veel te wit!”
“Respect voor verschillen is essentieel”, vindt Nevzat Cingoz. Hij werkt al 18 jaar bij de HAN. Als docent, vertrouwenspersoon en daarnaast als voorzitter van het Netwerk Diversiteit. Onlangs is hij tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau benoemd. Omdat diversiteit één van onze aandachtspunten is, wil Rosa graag weten hoe onze kersverse Ridder denkt over het omgaan met verschillen en anders zijn.
Laten we anders beginnen. Zou je het zinnetje “Ik ben…“ vijf keer af willen maken?
Ik ben docent
Ik ben een man
Ik ben 57
Ik ben te vertrouwen
Ik ben wereldburger
Je noemt jezelf geen Turk of Nederlander.
“Ik zie mezelf ook niet zo. Mijn dochter verwoordt het mooi op haar Instagramprofiel. Ze schrijft: ‘Mijn wortels heb ik in Turkije, mijn huis staat in Nederland, ik studeerde in de VS en nu werk ik in Sydney.’ Zo kijk ik er ook tegenaan. Ik ben van alles wat.”

Foto: Docent Nezvat Cingoz op zijn thuiswerkplek (Bron: Marcel Krijgsman)
Je bent sinds kort ook Ridder. Waar heb je dat aan te danken?
Nezvat lacht: “Sinds mijn zestiende ben ik regionaal, landelijk en internationaal (vrijwillig) actief in het maatschappelijk leven. Zo raakte ik betrokken bij allerlei sociale problemen. Wat mij verwondert, is dat de meeste mensen pas na hun pensioen vrijwilligerswerk doen. Waarom niet nu?”
Iets wat je niet meer bent is voorzitter van netwerk diversiteit, ben je nog wel actief?
“Jazeker, Netwerk Diversiteit bestaat nog en we zijn aan het uitzoeken hoe, en in welke vorm, we verder gaan.” Nevzat wijst op zijn notitieblok die voor hem ligt en waar met grote letters BLM staat. “Ik verdiep me nu in Black Lives Matter. In de Verenigde Staten gaat het over politiegeweld en racisme. In Nederland wordt het ook gekoppeld aan de toeslagenaffaire, aan racisme in de sport en natuurlijk aan Zwarte Piet. Daar leer ik zelf ook van.”
Ben je optimistisch over de aandacht voor diversiteit bij de HAN?
“Ik ben optimistisch, zoek contact en kijk naar de toekomst. HAN-breed is er geen diversiteitsbeleid. Dat is een keuze. Het ligt politiek gevoelig, denk ik. Er gebeuren prachtige dingen op de HAN in Nijmegen en in het verleden hebben wij bij SPH mooie dingen gedaan met Maatwerk in Kleur, waar veel docenten bij betrokken waren. Gewoon, omdat ze het belangrijk vonden. En als Netwerk Diversiteit organiseren we voor studenten en medewerkers antidiscriminatie-activiteiten, activiteiten rondom deskundigheidsbevordering diversiteit en inclusie voor medewerkers en studenten.”
“Onze studentenpopulatie is verhoudingsgewijs veel te wit. We zijn verplicht aan de maatschappij en aan onszelf om dat aan te pakken.”
Maar er is nog steeds een hoge uitval onder studenten met een migratieachtergrond, om maar iets te noemen.
“Klopt, eerste generatiestudenten, onder wie jongeren met een migratieachtergrond, vallen vaker uit dan anderen en onze studentenpopulatie is verhoudingsgewijs veel te wit. We zijn verplicht aan de maatschappij en aan onszelf om dat aan te pakken. Het is een groep studenten die we nu niet bedienen.”
Ik geef je een miljoen. Wat moeten we doen?
“We moeten docenten met een diverse achtergrond aantrekken. Zij snappen beter waar studenten tegenaan lopen en studenten met een andere achtergrond kunnen zich identificeren met hen. Ook de lesstof bevat veel vooronderstellingen. Studenten leren nu dat je iemand uit een F-cultuur (Fijnmazig, traditionele niet-westerse culturen, Red.) persoonlijk moet benaderen, omdat je anders zakelijk niets voor elkaar krijgt met die persoon. Dan zeg je eigenlijk dat het zakelijke de kern is, maar waarom zou je het menselijke niet centraal zetten?””Ook moet je nadenken over de ruimte. Voelen mensen zich hier thuis? Ja, er mag een gebedsruimte zijn voor moslims, maar dan mogen hier ook ‘islamietjes’ rondlopen”, zegt hij lachend. “Respect voor verschillen is essentieel. Iedereen hoort erbij. Dat moet wel van twee kanten komen. Dat miljoen is overigens niet de oplossing. Ik zie te vaak dat mensen een potje geld krijgen en dan ophouden als de uren op zijn. Diversiteit is een zaak van ons allemaal.”
“Etnische diversiteit is het ondergeschoven kindje.”
Moeten we niet stoppen met dat doelgroepenbeleid, oneindig veel identiteiten die allemaal aandacht eisen, maar die je onmogelijk kan bedienen? Is het niet beter om te zorgen dat docenten ruimte hebben om ieders verhaal te horen en op maat te begeleiden?
“Er is volop aandacht voor genderdiversiteit, wat goed is, maar daar tegenover is etnische diversiteit het ondergeschoven kindje. Ik ben voor inclusie, iedereen hoort erbij. Daarnaast is het onze taak om sommige groepen extra te ondersteunen, zodat ze erbij horen. Dus ja, dat moet. Docenten moet je dan wel gevoelig maken voor de diversiteit die er is, dat gaat niet vanzelf.”
Hoe zie je jouw rol?
“Soms voel ik me wel een beetje diversiteit moe”, zegt Nevzat lachend. “Het is een ingewikkeld vraagstuk, vooruitgang gaat in hele kleine stapjes. We verschillen in veel opzichten van elkaar. Om diversiteit tot bloei te laten komen, wil ik graag meedenken en mijn ervaring en kennis delen met de academie.”
Ruud Kroes