Samen zijn, in verbinding met elkaar
Samen zijn, in verbinding met elkaar. Dat is wat ik de laatste tijd sterk voel tijdens mijn werk. De verbinding voelen met de HAN tijdens de HAN studiedag. In verbinding zijn met mede ondersteuners van de faculteit Educatie. ‘Samen zijn’ zingen met het Opleidingskunde team op een feestje van een collega. Blij en trots zijn met het OBO (Onderwijsbureau Opleidingskunde) team vanwege een gegeven presentatie. Gezamenlijke passie voelen met mensen die helpen het praktijkleerhuis van Opleidingskunde van droom naar werkelijkheid te brengen. Samen deelnemen aan de week van de mobiliteit. 
Kijkend naar een filmpje over wat hij bereikt heeft in zijn carrière, staat hij niet stil en maakt zelfs kleine schaatsbewegingen met zijn benen. Soms wegkijkend, en soms trots kijkt hij mee met in zijn hand een opgerold document met steekwoorden van zijn verhaal dat komen gaat. Ik ben bij een presentatie van Erben Wennemars bij de HAN, in het kader van ‘de week van de mobiliteit’. Ik speel niet met de gedachten om te veranderen van werkplek, maar het woord Mobiliteit spreekt me aan, beweging. Beweging is verandering, groei. En Erben komt hierover vertellen. Daar wilde ik bij zijn!
Samen met collega’s en studenten luister ik geboeid. Het verhaal raakt me. Het raakt namelijk de kern van waar ik op dit moment bij Opleidingskunde mee bezig ben. Passie, energie en blijheid. Erben gaf het mooi aan dat hij in de periode 2003- 2005 veel overwinningen heeft behaald (goud WK afstanden 1000 en 15000 m. en wereldkampioen sprint). Het lukte. En waarom? Hij was met iets bezig wat heel dicht bij zijn kernwaarde lag. Het raakte de kern van wat hij echt wilde. En daardoor deed hij vanuit zijn gevoel de juiste dingen. Hij bleef trouw aan zijn eigen kracht. Bleef dat zo? Nee. Een jaar later passeerde hij de finish lijn tijdens de olympische spelen in 2006 in Turijn. Hij was geen Olympisch kampioen. En toen hij over de finish ging, wist hij waarom hij geen kampioen was geworden. 266px-Erben_Wennemars_celebratingHij vond dat hij door het harde werken, de pech die hij had gehad (o.a. gebroken schouder), het feit dat hij eerder wedstrijden g
ewonnen had, het bijna verdiende te winnen. Hij daardoor al meters ‘voorsprong had’. Maar al glijdend over de rode lijn wist hij dat dit excuses waren waarom het niet gelukt was. Zijn focus in de voorbereiding lag op het “vinden dat hij het hardste van iedereen had getraind”. Zijn focus lag niet op winnen. Hij moest terug naar 2005. Waarom was hij daar zo blij? Wat maakte dat het toen wel lukte? Hij moest verantwoordelijkheid nemen voor wat hij daadwerkelijk wilde. Eigenaarschap pakken.
Eigenaarschap, verantwoordelijkheid. Krachtige woorden die beweging veroorzaken. Beweging en voortgang in dat wat je echt wilt. Geloven in wat je kunt. Wat heeft dit nu te maken met mijn werk?
Alles! Ik voel dat het project waar ik samen met anderen mee bezig ben, het opzetten van een praktijkleerhuis bij Opleidingskunde, mijn kernwaarde raakt. Samen zijn, in verbinding met elkaar. Door in verbinding te zijn samen leren. Een leeromgeving waar de student, de docent, de professional uit het werkveld en de onderzoeker een actuele vraag bespreken uit het HRD werkveld. Wat een krachtige leeromgeving! Omdat we niet kunnen wachten tot de deuren letterlijk opengaan beginnen we al met een tweetal inspirerende projecten. Samen met het Slingeland ziekenhuis, en met de Zorgalliantie maken we plannen om een langer traject aan te gaan, waarbij we de opleiding, de praktijk en onderzoek in verbinding brengen. Met elkaar actuele vragen bespreken, verschillende mogelijkheden belichten, de theorie nog eens opzoeken, discussiëren, leren! Eigenaarschap nemen voor de professional die je bent of wilt worden. De student sluit na zijn diplomering aan tafel aan als professional uit het werkveld, in beweging blijven, mobiliteit.
Zoals Erben vertelde, wanneer je bij lopen of fietsen vooruit wilt komen, moet je hard naar achteren of naar beneden afzetten. Niet bij schaatsen. Daarbij zet je hard naar opzij af om naar voren te komen. Ik vond dit een mooie vergelijking met dat wat we willen bereiken met het praktijkleerhuis. Een zijstap maken om vooruit te komen. En de zijstap is dat wat je geleerd hebt laten indalen, de theorie nog eens opzoeken, met elkaar erover praten. Het geleerde eigen maken. Keuzes maken. Verantwoordelijkheid nemen voor dat wat je wilt leren, het geleerde checken met je kernwaardes. Dat wat jou tot die speciale Opleidingskundige maakt. Dit helpt je een stap vooruit.
Nog meer ben ik bevestigd in het feit dat het Praktijkleerhuis enorm welkom is bij de opleiding Opleidingskunde. Verantwoordelijkheid nemen en eigenaarschap voelen voor dat waarvoor je in opleiding bent: een professionele, autonome opleidingskundige. En dit kan wat mij betreft alleen in samenwerking met positieve mensen in verbinding om je heen.
website, facebook en twitter Opleidingskunde