Mijn eerste meeloop dag binnen APS, dinsdag 6 september 2022

Ik was, ondanks de drukte op de weg, netjes om 08.45 op de HAN. Een vers bakkie koffie uit de automaat en hup naar boven. C3.05 werd mijn thuishonk die dag.

De dag startte met een overleg met alle docenten die aanwezig waren van het eerste en tweede jaar. Na een warm welkom startte het overleg. Hoe de afgelopen eerste lesdag was na de introductie week en hoe zij vandaag weer de lesdag gingen starten. Hoe zitten de studenten erbij, zijn er nog studenten waarvan je inschat dat zij extra begeleiding nodig hebben of hulp bij het afsluiten van hun propedeuse. Alles kwam voorbij.

Waardevolle start vond ik. Je beseft als niet-docent eigenlijk niet hoe begeleiding en lesgeven niet stopt na het lesuur en het behandelen van de stof. De studenten worden gezien, gehoord en er word rekening gehouden met hun situaties, het inhalen van vorig jaar en eventuele privé zaken die een rol spelen in hun studie. Zelfs het niet rijden van de treinen en de aankomende stakingen worden meegenomen, onmisbaar deze inzet. Dat is geen theorie maar pure passie wat ik zie. Ik voel me nog enthousiaster dat ik vandaag met deze bevlogen mensen mee mag lopen.

De les start in de B-vleugel in een enorm lokaal, voor mij dan. Mijn klas heeft zo’n 25 studenten en aan de Groenewoudseweg zijn de lokalen op die aantallen ingericht. Druppelsgewijs komen de studenten binnen, sommige zien er moe uit en sommige met een lach van oor tot oor omdat ze zin hebben in de nieuwe lesdag. Marianne heeft het overleg begeleidt tijdens de dagstart. Met oog voor de docenten tijdens dat moment, laat ze nu zien dat het zelfde geldt voor de studenten.

Frank legt van alles uit terwijl hij ondertussen de studenten verwelkomd en probeert van iedereen zijn naam te zeggen als ze over de drempel stappen. Of in ieder geval een poging tot opslaan en onthouden, wat een werk met zo’n ruim 70 studenten. Ze zijn wél gezien en waarderen zijn pogingen met een glimlach.

De manier waarop wordt uitgelegd wens ik alle studenten toe. De docenten lopen rond, sluiten aan waar nodig door de opgestoken vingers, handen of onwetende en wanhopige gezichten van de studenten. De flow tijdens de les is voelbaar relaxed. Marianne vraagt meermaals of de studenten duidelijk hebben wat ze moeten doen, Frank en Wietske vullen constant aan met basale informatie zodat er een hoop spanning tijdens die eerste weken wordt weggenomen. Cruciaal voor de wat stillere studenten. Ze bespreken dingen zoals wat er deze week te wachten staat aan lesstof en er volgen wat opdrachten om te oefenen met de manier van open -en gesloten vragen te stellen. Hoe lastig dat is hoor ik tijdens het rondlopen. Een vraag met Ja of Nee is zo gesteld en open vragen die echt uitnodigen tot het verhaal zijn nog ontwikkelpuntjes, voor mij herkenbaar, de juiste vragen stellen ís ook heel lastig.

Er volgt een briljante manier van lesgeven vol kennis en ruimte voor grapjes. Scherpe vragen met een uitdaging om te checken wie er zijn huiswerk heeft gedaan (bijna niemand heeft op OO gekeken, ook herkenbaar), de studenten hebben vragen over een praktijkplek en er sluiten 2 tweedejaars studenten aan om de ergste zorgen weg te nemen bij de studenten van het eerste jaar. De tweedejaars leven nog, kunnen nog lachen en vertellen met tips en trucs vol ervaringskennis hoe zij de lessen, de praktijkplek en de zoektocht naar die plek en hun praktijkwerk hebben ervaren. Ze vertellen alsof het de meest simpele taak is die je kan indenken, wat rust brengt onder de studenten. Weer die passie.

Terug naar de C-vleugel. Een lokaal propvol studenten en een enthousiaste Wietske starten deze les met een korte introductie van mij en ik geef een korte presentatie over de meerwaarde van het inzetten van het levensverhaal van de cliënt. Tijdens mijn presentatie vult Wietske aan en er blijken enorm veel raakvlakken te zijn met mijn opleiding en lesstof.
Het krachtgericht werken, narratief werken en herstelondersteunende zorg komt voorbij. Ik leg uit dat iedereen ervaringen heeft om op terug te vallen om beter aan te sluiten bij je cliënt. Een gebroken been heeft impact op de patiënt maar als deze haar zoontje niet kan helpen douchen of naar school brengen, zij niet kan werken en depressieve klachten krijgt van het bankhangen komen er veel meer levensgebieden in beeld die impact ervaren door 1 gebroken been. Door het netwerk, de systemen en/of het levensverhaal in kaart te brengen kan je ook krachtgericht werken door te kijken waar de krachten en competenties liggen van de cliënt, kan je deze de zelfregie laten terugpakken door hen zelf in te laten zien dat zij deze talenten allemaal al bezitten.
Deze raakvlakken smaken naar meer, meer samenwerken met ervaringsdeskundigen van mijn opleiding en hoe (en wat) ik en mijn eventuele klasgenoten zouden kunnen leren van de docenten én studenten binnen APS.

De rest van de middag gaan de studenten zelfstandig aan de slag, ik ga in de aula met mijn laptop zitten en maak de balans op van deze enerverende dag. Blijdschap overheerst, docenten met passie voor hun vak. Ik zag ze al bij mij op de opleiding. Zij, met passie voor het overbrengen van kennis, zowel die van hunzelf als de theorie, het bestaat nog. Lang leve het onderwijs.