Estafette-interview: Loes Vos
Ik hoop dat over 10 jaar iedereen zó doordrongen is van interprofessioneel leren/onderzoeken en het gezamenlijk oplossen van maatschappelijke vraagstukken, dat men zich dan niet meer kan voorstellen dat het ooit géén onderdeel van het onderwijs is geweest.
Vertel eens iets over jezelf
Ik woon samen met mijn man en zoontje van 1,5 in Wanroij, een gezellig dorpje in het oosten van Brabant. Momenteel ben ik verwachting van ons 2e kindje, daarom ben ik er na de zomervakantie even tussenuit om te genieten van de gezinsuitbreiding.
In 2012 ik begonnen bij de HAN als praktijk instructeur bij de opleiding Mondzorgkunde, waar ik zelf in 2011 mijn diploma heb behaald. De eerste jaren heb ik het docentschap gecombineerd met het werken als mondhygiënist bij een tandartspraktijk. Toen er na het volgen van de Master Docent HGZO steeds meer leuke taken bij de HAN op mijn pad kwamen, ben ik gestopt in de praktijk en mij volledig gaan richten op het onderwijs. En daar heb ik echt mijn hart aan verloren.
Welke hobby’s heb je?
Ik ben graag creatief bezig met van alles en nog wat; schilderen, handlettering, DIY’s voor in huis, diamond painting, bloemschikken, kerststukjes en punch needle. Als ik iets leuks zie, wil ik het ‘t liefst zelf (na)maken. Mijn nieuwste hobby is houtbranden, het heeft wel iets weg van het instrumentarium van de mondhygiënist.
Qua sport heb ik jarenlang gehandbald, maar sinds de vrije tijd in mijn avonden en weekenden wat schaarser is geworden heb ik de teamsport ingeruild voor bootcamp. Net iets meer vrijblijvend sporten in de buitenlucht, maar nog wel steeds sámen met anderen je grenzen verleggen. Verder ga ik graag wandelen of hardlopen, het liefst in de bossen.
Welk boek of film spreekt je het meest aan?
Ik heb standaard een boek bij het bad liggen, waar ik meerdere keren per week even heerlijk ga ontspannen. Meestal zijn dit thrillers, zoals Nicci French, Dan Brown, David Baldacci of Karin Slaughter. Ook de 7 zussen-serie (Lucinda Riley) vind ik mooi. Op dit moment lees ik ‘Leef’ van Bibian Mentel, een heftig, mooi en krachtig verhaal. Daarnaast heb ik meestal ook nog wel een boek liggen gericht op onderwijs, gezondheid of psychologie (zelfontwikkeling), waar ik tussen de bedrijven door in lees.
Wat is je favoriete muziek of lied?
Ik kan niet zo goed tegen stilte, dus thuis en in de auto staat de radio altijd aan. Mijn muzieksmaak kun je gerust divers noemen, het ligt er maar net aan in welke bui ik ben. Ik kan bijvoorbeeld de hele dag luisteren naar RadioNL of Qmusic, maar houd op zijn tijd ook wel van lekkere rock-muziek zoals Kensington, Green Day of Volbeat.
Ook de Zweedse dj’s kan ik enorm waarderen, zoals Avicci, en Axwell & Ingrosso. Tijdens een avondje uit vermaak ik mij goed op feest-/après-skimuziek; niet echt diepgaand, maar wel gezellig (misschien ligt het aan mijn Brabantse roots?). En in november en december staat steevast Skyradio aan, heerlijk om in de kerststemming te komen en het huis langzaam in kerstsferen te brengen.
Wat is je droom of toekomstvisie?
Ik hoop onze kindjes net zo’n onbezorgde jeugd te geven als ik zelf heb gehad en daarmee een goede basis voor een mooie toekomst. Ik heb geleerd om vooral te genieten van de kleine dingen en hoop dat ik samen met mijn dierbaren heel oud mag worden, in goede gezondheid.
Ik heb ook nog wel een lijstje met ‘plannen voor later’, zoals vrijwilligerswerk bij een dagbesteding voor ouderen of gehandicapten, het verzorgen van creatieve workshops, een cursus tot bloemist en misschien een eigen winkeltje met zelfgemaakte spulletjes. Je moet tenslotte ook dromen blijven houden, voor op de langere termijn.
Binnen de HAN hoop ik nog veel te mogen betekenen voor het onderwijs van de toekomst, waarbij de student in zijn kracht wordt gezet en wordt voorbereid om zich een leven lang te blijven ontwikkelen. En dit laatste hoop ik zelf ook te mogen blijven doen.
Ik hoop dat over 10 jaar iedereen zó doordrongen is van interprofessioneel leren/onderzoeken en het gezamenlijk oplossen van maatschappelijke vraagstukken, dat men zich dan niet meer kan voorstellen dat het ooit géén onderdeel van het onderwijs is geweest.
Wat doe je binnen APS?
Ik ben werkzaam bij de opleiding Mondzorgkunde, waar ik o.a. betrokken ben bij de curriculumherziening die in september van start gaat. Ik houd mij daarbij vooral bezig met de didactiek en met de rol van de leercoach, waarbij thema’s als zelfregulatie, professionele identiteit-ontwikkeling, feedback, reflectie en programmatisch toetsen centraal staan.
Daarnaast ben ik betrokken bij de labs en werkplaatsen van de HAN. In 2018 ben ik begonnen als wijkdocent/grenswerker bij Sparkcentre Thermion in Lent. Daar heb ik veel ervaring opgedaan in het interprofessioneel leren en werken en het begeleiden van studenten, professionals én bewoners bij het oplossen van maatschappelijke vraagstukken binnen zorg en Welzijn.
Sinds vorig jaar maak ik ook deel uit van de werkgroep Professionalisering en kwaliteitsborging van de labs en werkplaatsen. Daar houd ik mij o.a. bezig met het actieleertraject voor (nieuwe) wijkdocenten. Sinds 1 februari ben ik voor 1 dag per week verbonden aan het lectoraat Responsief Beroepsonderwijs waar ik mij o.a. bezig houd met de competenties van de grenswerker, adaptieve expertise ontwikkeling en multi-level leren.
Welk verhaal ligt ten grondslag aan wat je bent gaan doen?
Al tijdens het volgen van de opleiding Mondzorgkunde wist ik dat ik niet mijn hele leven als mondhygiënist zou gaan werken. Ik heb in het 4e studiejaar als student-assistent gewerkt en het leek mij toen al leuk om mij verder te verdiepen in het onderwijs. Daarnaast heb ik altijd al interesse gehad in het samenwerken en leren met andere opleidingen.
Dit is begonnen tijdens het gezamenlijke EBP onderwijs tijdens mijn studie met alle (toen nog) IPS-opleidingen. Hier heb ik vervolgens invulling aan gegeven als docent bij het honnours-programma, tijdens de master en vervolgens in de labs en werkplaatsen (Sparkcentres). Kenmerkend voor mij is dat ik graag uitdaging en variatie heb in mijn werkzaamheden en dat ik mij wil blijven ontwikkelen. De kennis die ik opdoe wil ik weer kunnen vertalen naar het onderwijs en de beroepspraktijk, het liefst in een leuke, activerende werkvorm.
Werk je samen met anderen?
Ja, ik werk samen met collega’s van verschillende opleidingen en academies, dat is zó leerzaam en inspirerend. Hoewel ik heel goed alleen kan werken, heb ik het samenwerken echt nodig om geïnspireerd te worden en mij verbonden te voelen. Dit is iets wat ik tijdens de coronapandemie erg heb gemist.
In mijn rol als wijkdocent werk ik ook veel samen met professionals uit de zorg, welzijn, gemeente en met studenten en bewoners. Ik kan erg veel leren van de verschillende werkwijzen, de andere kijk op zaken en de soms letterlijk andere ‘taal’. Samenwerken vind ik van toegevoegde waarde en het is dan ook niet voor niets een van de belangrijkste taken van een ‘grenswerker’.
Welke (mooie of bijzondere) resultaten heb je mogen zien in de praktijk?
De opleiding Mondzorgkunde is altijd een beetje de vreemde eend in de bijt (geweest), omdat wij niet op de Kapittelweg zitten. Hoewel we nog steeds op een andere locatie zijn gevestigd, vind ik het wel mooi om te zien dat Mondzorkunde nu echt onderdeel is van APS. Men weet ons ook steeds beter te vinden en er wordt steeds meer samengewerkt.
Daarnaast vind ik het heel mooi dat onze opleiding sinds 2 jaar ook deelneemt aan het IPL-onderwijs en dat we vanaf volgend studiejaar ook mee gaan doen met de nieuwe onderwijseenheid ‘Praktijkinnovatie voor Zorg en Welzijn (PZW).
Ik heb geleerd dat veranderingen in het onderwijs tijd nodig hebben en dat je soms een lange adem nodig hebt. Dat is soms lastig voor iemand die (te) snel in de actiemodus wil.
Wat is je motivatie om op dit vakgebied bezig te blijven? Wat drijft je?
Naarmate ik langer bij de HAN werk, merk ik dat ik juist steeds wat meer los kom van het vakgebied waarvoor ik in eerste instantie ben opgeleid (de mondzorg). Mijn vakgebied is zich de afgelopen steeds meer gaan verleggen naar het onderwijs, de didactiek en de rol van de (wijk)docent in een maatschappelijke context. Wat mij drijft is de voortdurende veranderende samenleving en de noodzaak om te blijven ontwikkelen. Er is al veel bekend, maar nog zoveel niet! En dat zal nog wel zo blijven, dus dit houdt mij voorlopig nog wel bezig 😊.
Wat is je (levens)motto?
“Leef met een lach, geniet en pluk de dag!”. Een samenvoeging van 2 Italiaanse spreuken: Carpe Diem [letterlijk: pluk de dag] & Il dolce far niente [letterlijk: het zoete niets doen].
Je kunt natuurlijk niet elke dag leven alsof het je laatste dag is, maar ik probeer wel van elke dag iets moois te maken. Zoveel mogelijk genieten van het moment en juist ook van het even niets doen. En probeer ondanks eventuele tegenslagen altijd te kijken naar de mooie dingen, want soms zijn ze klein, maar ze zijn er altijd!
Deze spreuken kan ik mij nog beter waarmaken sinds ik zelf moeder ben en we binnen onze familie te maken hebben met een ongeneeslijke ziekte. Het gaat allemaal zo snel, dus ik ben mij er heel goed van bewust dat we er nú van moet genieten.
Wat zou je je collega’s willen vertellen of meegeven?
Probeer eens wat nieuws, ga het onbekende aan, je steekt er altijd iets van op, je leert nieuwe mensen kennen en ook een nieuw stukje van jezelf. Er zit zoveel meer in je dan je zelf misschien weet. Just do it!
Aan wie geef jij straks het Estafette-stokje door?
Ik geef het stokje over aan Lars Toonen, een relatief nieuwe collega bij Mondzorgkunde én ambassadeur van het iXperium.