Samen leren en samenwerken Fysiotherapie en Psychomotorische therapie

De HAN wil graag de samenwerking en de verbinding binnen en tussen academies versterken.  Vanuit die gedachte ontstond in het vorige semester, bij een aantal docenten van de opleiding fysiotherapie en psychomotorische therapie (PMT) het idee en de nieuwsgierigheid om de mogelijkheden voor samenwerking tussen de twee opleidingen te onderzoeken. Vanuit de visie Student als Partner werden ook de studenten enthousiast om deze ontdekkingstocht te maken. Bij fysiotherapie waren de 2e en 3e jaars studenten uit CoP5 en CoP8 benieuwd naar de inhoud van de opleiding PMT en wilden graag meer tools krijgen om patiënten beter te kunnen begeleiden op het psychosociale domein. Andere studenten kozen vanuit een ondernemende houding om deze reis te maken. PMT studenten waren nieuwsgierig naar hoe een fysiotherapeut  werkt, hoe wordt een intake aangepakt? In periode 3 zijn er wekelijks bijeenkomsten geweest waarin docenten en studenten van de opleiding Fysiotherapie en de differentiatie Psychomotorische therapie op verkenning gingen naar de raakvlakken, de overlap en de verschillen tussen beide vakgebieden.  Direct was er bij de 24 2e en 3e jaars studenten veel enthousiasme en werden er onderlinge contacten gelegd. Het vertrekpunt bestond uit twee vragen: Hoe breng je iemand in ontwikkeling? En hoe belangrijk is de context waarin iemand zich beweegt daarbij? Welke verwachtingen en vragen roept dit  bij studenten op?  Hoe kijken PMT studenten naar fysiotherapie?  En andersom? Welke beelden bestaan er over het toekomstige beroep?  Hoe wordt het concept van positieve gezondheid in het vakgebied gehanteerd? Al snel werd duidelijk dat beide beroepen veel gemeenschappelijk hebben. Studenten hebben kunnen ervaren hoe het is om door “het andere beroep” behandeld te worden en daar aspecten van mee te nemen in de eigen beroepsontwikkeling. In de loop van de weken ontstond bij studenten de behoefte om minder te werken vanuit de verschillende beroepen en juist gezamenlijk te kijken naar casuïstiek en daar samen van te leren. Waar loop je vast vanuit de optiek van het eigen vak en wat zou dan een aanvulling vanuit het andere vak kunnen zijn?  Een laatste specifiek onderwerp was de inzet van meting van hartritmevariabiliteit in de behandeling als aanvulling op de subjectieve lichaamsbeleving. Het leerklimaat in deze groep was inspirerend en open, waardoor veel erkenning, waardering en mooie, kritische dialogen zijn uitgewisseld. Zowel deelnemende studenten als docenten hebben de wens uitgesproken om de samenwerking een vervolg te geven.