Magic Match tweedaagse 17 en 18 mei
Op 17 en 18 mei heeft er wederom een tweedaagse van de Magic Match Company plaatsgevonden. Collega’s van de Academies Mens en Maatschappij, Paramedische Studies en Gezondheid en Vitaliteit zijn weer bij elkaar gekomen om verder te gaan met de opgave: hoe kunnen we er met elkaar voor zorgen dat we onze studenten de ruimte en de mogelijkheid geven om deel te nemen aan de interprofessionele vraagstukken die onze maatschappelijk partners bij ons neerleggen?
Na 5 dagen samenwerken ligt er een inspirerende oplossing die ontworpen wordt: een gezamenlijk half jaar onderwijs voor de studenten van AMM, AGV en APS waarin impact op kwaliteit van leven centraal staat, en waarin onderzoekend en samenwerkend vermogen middelen zijn om impact te realiseren. Dit half jaar vervangt het huidige aanbod onder de noemers PO, ZIDP, praktijkverbetering, enzovoort.
Wij hebben na de tweedaagse van elke academie één deelnemer een aantal vragen gesteld om erachter te komen hoe zij de bijeenkomst ervaren hebben: Fon Zeegers (Academie Gezondheid en Vitaliteit), Suzan de Bruijn (Academie Paramedische Studies) en Mariska Meinen (Academie Mens en Maatschappij).
Waar ben je enthousiast over geraakt?
Fon Zeegers: “Ik ben enthousiast dat we met elkaar iets moois willen maken. Door de interprofessionele aanpak kunnen we breder gaan kijken, waarmee we het innoveren in organisaties een boost geven. Als je dat met elkaar doet, omdat het generalistisch is, kan je een extra slag maken boven je beroepscompetenties.”
Toen we Suzan de Bruijn dezelfde vraag stelden, gaf zij aan: “Ik ben enthousiast over het feit dat de verschillende scenario’s voor een gezamenlijk afstudeerprogramma, dat aan het eind van de tweedaagse door subgroepen werden uitgewerkt, heel vergelijkbaar met elkaar waren. We hebben gedurende de tweedaagse best wel onze pieken en dalen en ingewikkelde discussiepunten gehad en toch heeft het geleid tot een gezamenlijk plan over hoe we het praktijkgerichte onderzoek vorm kunnen geven.”
Tot slot gaf Mariska Meinen aan: “Het uitwerken van wat nou het onderzoekend vermogen is, en hoeveel overeenkomsten er onderling waren. Dat is een heel mooi stuk, als we daarin naar elkaar toe kunnen groeien en een gedeeld idee kunnen krijgen van wat onderzoekend vermogen op HBO niveau is. Wat ik ook mooi vind is dat er ruimte is om zowel mono- als multidisciplinair onderzoek te doen, waardoor je recht doet aan de variatie van onderzoek die er is en waarmee je probeert aan te sluiten bij wat nodig is.”
Vervolgens waren we benieuwd welke inzichten de MM tweedaagse de deelnemers heeft opgeleverd.
Fon: “Wat ik zie is dat er heel veel verbinding is, maar ook nog heel veel verschil. Verbindingen zijn krachten, en daar waar het verschil in zit, daar moeten we het over hebben.”
Fon ziet die verbinding met name in het gezamenlijke doel: “Eigenlijk willen we allemaal dat onze hbo student het onderzoekend vermogen tot zich neemt. Als we dat in samenspraak met elkaar doen, dan zit daar veel potentie in. Dit idee kan schuren met de huidige vormgeving van dat onderzoekend vermogen, dus we moeten het huidige systeem los kunnen laten. Loslaten kan pijn doen, maar dat hoort bij elke transitie, en deze kwestie samen aanpakken heeft een grote meerwaarde.”
Suzan kaartte de urgentie van dit project aan, en de verschillende belevingen die daarover bestaan: “De urgentie is heel verschillend. De deelnemers van Magic Match voelen die urgentie wel, en beseffen dat het afstuderen er echt anders uit gaat zien vanaf 2022, maar er is nog een te grote groep die dat besef nog niet heeft. Men vindt het lastig om de huidige vorm los te laten, die huidige vorm speelt nog een te grote rol.”
Op de vraag hoe Suzan denkt dat het komt dat nog niet iedereen die urgentie voelt, antwoordde ze: “Ik denk dat het komt doordat een kleine groep docenten heel actief en enthousiast met interprofessioneel leren bezig is. Maar een hele grote groep docenten (nog) niet. Die laatste groep heeft misschien het gevoel dat zij er weinig mee te maken zullen hebben, terwijl het echt invloed gaat hebben op het werk van iedereen. Ik denk daarom dat iedereen die al veel bezig is met interprofessioneel leren, dit vooral op allerlei manieren onder de aandacht moet brengen, zodat men beseft dat er echt iets gaande is.”
Mariska’s inzicht was gefocust op het onderzoekend vermogen van de student: “Wat ik heel interessant vond is dat dat gaat over meer dan alleen onderzoek doen. Het gaat ook over het goed benutten van wetenschappelijke bronnen, een onderzoekende houding, nieuwsgierigheid, openheid en onbevangen kunnen zijn. Dat vond ik mooi om verder uit te werken.”
In een onderwijsinnovatie traject zijn er vanzelfsprekend ook twijfels. Wij vroegen Fon, Suzan en Mariska waar hun twijfels liggen.
Fon: “Ik betwijfel of we het gaan redden in de tijd. Tijdsdruk is noodzakelijk, maar het brengt wel een druk met zich mee waar je oog voor moet hebben.”
Suzan: “Ik heb twijfels over het onderzoekende vermogen: wat verwachten we precies van de HBO student qua onderzoekend vermogen? Ik vraag me af of we daarover, met de mensen die nu nog niet meedoen met deze ‘Magic Match’ op één lijn zitten.”
Mariska kaartte haar zorgen over de complexiteit van de implementatie aan: “Als we echt in de eindkwalificaties duiken wordt het wel complex, in vergelijking met de huidige situatie. Vanuit Social Work zijn we al wel stappen aan het zetten, maar ik denk dat dat tussen academies lastiger kan zijn, omdat niet alle academies vanuit hetzelfde vertrekpunt komen. Dat betekent echt nog wel veel voor de deelnemers.”
Toch blijft Mariska optimistisch: “Wat ik wel hoopgevend vond is dat er werd aangegeven dat het interessant is om te gaan denken aan een goede fasering. De kans van slagen op kleine schaal is groter, en dan kunnen we daarna stap voor stap uitbouwen.”
Tot slot wilden we weten hoe de deelnemers naar het vervolg kijken.
Fon: “Het vervolg zie ik als heel waardevol, er zit goede begeleiding op dit traject, en we maken mooie stappen.”
Enthousiasme overheerst bij Fon, maar daarnaast bestaan ook de zorgen over de deadline. “Soms wil de één sneller dan de ander, maar je kan niet altijd sneller, daar moet je je bij neer kunnen leggen.”
Suzan vindt het vervolg ook wel spannend: “We hebben nu scenario’s uitgewerkt en die lagen dicht bij elkaar, maar het voelt nog heel vrijblijvend. Dat vervlechten aan je eigen opleiding, dat vind ik wel spannend. Ik hoor daarover hele verschillende dingen. Er zijn bijvoorbeeld opleidingen waarbij we rekening moeten houden met specifieke eisen. Kunnen we die eisen allemaal bij elkaar brengen, of versnippert het idee dan? Die versnippering belemmert de samenwerking van studenten van verschillende opleidingen, en dat is juist niet de bedoeling.”
Mariska hoopt dat er bij een volgende tweedaagse een bredere groep mensen gaat aansluiten, zoals onderwijsorganisatie, praktijkbureaus en logistiek: “Deze werkprocessen moeten opgestart worden, we moeten kijken hoe we omgaan met studentenstromen, en hoe we de facilitering en organisatie eromheen gaan vormgeven. Het is belangrijk om goed vanuit de lijn te kijken wie aansluit, om te zorgen dat het een breed gedragen geheel wordt.”
Al met al kunnen we concluderen dat het een inspirerende tweedaagse was, en dat we met enthousiasme uitkijken naar de volgende editie op 27 en 28 september! Wil je meer weten over Magic Match, of heb je vragen? Neem dan gerust contact op met de deelnemers uit dit stuk, of met je collega’s die betrokken zijn vanuit jouw academie.