Laat zorgtechnologie niet zorgen voor exclusie

Onze samenleving is divers: ze bestaat uit mensen met verschillende kenmerken, vaardigheden, omstandigheden en achtergronden. Het is belangrijk dat iedereen zo gelijkwaardig mogelijk kan meedoen in de samenleving, dus ongeacht hun fysieke, cognitieve en psychosociale vaardigheden, en de omstandigheden waaronder zij leven. Dit wordt ook wel aangeduid met de term ‘inclusie’.

Digitale technologie als hulpmiddel voor inclusie

Digitale technologie biedt allerlei mogelijkheden om inclusie te bevorderen. Het kan ondersteuning bieden bij het verbeteren van vaardigheden die belangrijk zijn voor inclusie, bijvoorbeeld ter bevordering van sociale interactie en gezondheid, en deelname aan werk en opleiding. Technologie kan hierbij ondersteuning op maat bieden (personaliseren), bijvoorbeeld door oefeningen op het kennisniveau van de gebruiker aan te bieden of door de gebruiker te motiveren. Ook biedt technologie veel mogelijkheden voor aansprekende en laagdrempelige informatie- en interactievormen, zoals tekst, beeldmateriaal, video en spraak, die ingezet kunnen worden om de gebruiker optimaal te bedienen. Recente ontwikkelingen op het gebied van conversational interfaces bieden bijvoorbeeld steeds uitgebreidere mogelijkheden om met gesproken taal te communiceren met een computer (zie Figuur 1).

Figuur 1. Voorbeelden van commerciële conversational interfaces van Google (Home), Amazon (Echo) en Apple (Siri) (Bron: Mashable.com).

Technologie als oorzaak van uitsluiting

Enerzijds biedt technologie dus allerlei mogelijkheden bieden voor inclusie. Anderzijds kan het ook juist zorgen voor uitsluiting. Denk aan een pinautomaat waar iemand in een rolstoel niet goed bij kan. Of webpagina’s die geen rekening houden met verschillende taalniveaus. Mariën en Baelden (2015, p.7) onderscheiden in deze (digitale) context de volgende concepten:

  • Digitale ongelijkheid: “[D]e structurele verschillen tussen individuen, bevolkingsgroepen of typologieën wat betreft de traditionele aspecten van digitale media – toegang, attitude, vaardigheden en gebruik […].”
  • Digitale exclusie: “[H]et geheel aan drempels en problemen die het digitale mediagebruik van individuen op een negatieve manier beïnvloeden en leiden naar een maatschappelijk achtergestelde positie […].”
  • Digitale inclusie: “[H]et geheel aan oplossingen en strategieën die gehanteerd worden om de achterliggende mechanismen van sociale en digitale uitsluiting weg te werken zodat individuen ten volle kunnen participeren in de maatschappij.”

Natuurlijk worden de meeste oplossingen gericht op inclusie. Maar vaak wordt er bijvoorbeeld onvoldoende gekeken wordt naar de context waarin technologie wordt gebruikt. Of er wordt getest met een kleine groep gebruikers. Dat kan ervoor zorgen dat er onbedoeld ongelijkheid of zelfs exclusie ontstaat. Dat risico is zeker aanwezig wanneer zorgtechnologie ontwikkeld wordt vanuit kostenbesparende motieven. Dan wordt de zorg niet beter, maar worden enkel problemen verschoven.

Referentie: Mariën, I., & Baelden, D. (2015). 8 Profielen van digitale ongelijkheid. Geraadpleegd van https://www.researchgate.net/publication/283732968_8_Profielen_van_Digitale_Ongelijkheden

 

Thijs Waardenburg is promovendus “Design Your Life” bij het lectoraat Volwaardig Leven met Autisme. Lees / download hier het eerste artikel over het project: Pre-print bij arXiv of bij uitgeverij Springer.