Stagejaar van een ALPO’er

Stagejaar van een ALPO’er
Na alle ‘Ik ben Jamilla en wie ben jij?’ edities is het weer eens tijd voor een van mijn eigen verhalen. Na een heel jaar stage lopen zouden dat er genoeg moeten zijn, zou je zo zeggen..

Dit jaar begon ik al in september met mijn stage in groep 6. Vanaf de allereerste maandag van het schooljaar was ik van de partij. En wat was dat een ervaring. Ik moet eerlijk zeggen dat het heel nuttig is om die eerste maanden, voor de herfstvakantie, in de klas mee te maken. Je ziet van dichtbij hoe de desbetreffende leerkracht het jaar opstart, regels vaststelt met de kinderen en de lijntjes erg strak houdt. Ik verwacht dat ik hier veel aan zal hebben wanneer ik zelf voor het eerst mijn eigen klas op moet gaan starten. Zoals elk jaar keek ik eerst een dagje mee. Ik gaf een voorstel lesje waarbij ik foto’s van mijn familie, toenmalige vriend en gekke gewoontes liet zien. Kinderen vinden het altijd erg grappig wanneer ik vertel dat ik ’s ochtends echt een boterham met pure chocoladehagelslag moet eten, anders begin ik mijn dag lichtelijk chagrijnig. Het wordt helemaal leuk wanneer je dit halverwege het jaar een keer terug krijgt. Ik was jarig geweest in het weekend en was op maandag redelijk uitgeput. Toen kwam de opmerking “Juf, jij hebt zeker geen hagelslag gegeten vanochtend”. De hele klas inclusief mijn mentor en ik moesten lachen, waarna ik mijn dag een stuk vrolijker vervolgde. Ook vind ik het altijd leuk om te zien hoe de kinderen reageren wanneer ik vertel dat ik voetbal. Dit jaar had ik echt een voetbalklas en gelijk een streepje voor toen ik een voetbalfoto voorbij liet komen. Elke maandag opnieuw kreeg ik weer grandioze scores van de voetbalzaterdagen te horen en werd ik uitgehoord over mijn eigen wedstrijd. Dat schept toch een band 😉.

Na dat dagje meekijken begonnen mijn juffenvlinders gelijk weer te fladderen en de week daarna begon ik met een rekenlesje. Stilzitten is namelijk niet echt mijn ding. Net zoals namen leren… Wat als juf natuurlijk geen handige eigenschap is. De eerste weken haalde ik een aantal leerlingen nog al eens door elkaar en had ik de pech dat ik ook wat moeite had met het uitspreken van sommige namen. Ik vind Arabische namen prachtig, maar het vergt wat oefening om ze perfect uit te spreken. Langzaam aan begon ik hele dagen les te geven, namen te leren en vond ik ook mijn plekje in de klas als juf. En wat heb ik genoten van mijn leerlingen dit jaar. Ik heb nog nooit een klas gehad die zo mega enthousiast en betrokken was als ik eens wat anders deed dan wat ze gewend waren. Zo hebben we dit jaar samen een filmpje gemaakt voor mijn ICT opdracht. Je mocht, in plaats van een standaard verslagje, een vlog maken. Als ik iets niet kan is het vloggen… maar wie zijn daar nou toevallig heel goed in? Natuurlijk, de tienjarigen in ons tijdperk die na school allemaal met hun mooiere iPhone’s (dan die van mij) rondlopen. Ze hebben dan ook samen met mij een mooie vlog in elkaar gezet. Ook heb ik, op aanvraag van de leerlingen, verschillende lessen gegeven over de Tweede Wereldoorlog. De klas had er erg veel vragen over en was er erg in geïnteresseerd. Hierdoor was de betrokkenheid tijdens de lessen enorm hoog en waren de leerlingen leergieriger dan ooit. Hierbij dus een tip voor elke leerkracht, iets wat ik dit jaar in ieder geval zeker geleerd heb: hou je niet altijd aan het curriculum of aan de methode. Wanneer de leerlingen graag willen leren of veel vragen hebben over een bepaald onderwerp. Spring hier dan op in. Dit maakt je onderwijs op dat moment veel betekenisvoller voor de leerlingen!

Helaas was het ook niet altijd koek en ei tussen mijn klas en mij. Af en toe moest ik er als leerkracht erg aan trekken. Op maandagen waren de leerlingen vaak moe, en moesten ze weer even wennen aan de regels van school. Veel kinderen zijn thuis erg vrij, mogen veel van hun ouders en gaan in het weekend laat naar bed. Op maandag om half negen in de klas zitten en dan niet zomaar even wat mogen zeggen wanneer je daar zin in hebt is dan weer even wennen voor de meeste leerlingen. Ook had ik dit jaar een aantal leerlingen met ‘moeilijk gedrag’ in de klas. ‘Moeilijk gedrag’ vind ik een lastig woord. Want natuurlijk doet niet elke leerling 1..2..3 wat jij zegt. En dat is maar goed ook, als elke leerling perfect zou luisteren zou de dag misschien nog saai worden. Ik had dit jaar een leerling die een enorme behoefte aan duidelijkheid, structuur en vaste regels nodig had. In het begin moest zij dan ook erg wennen aan een tweede leerkracht. Ik was maar ‘de stagiaire’, en naar die stagiaire ga ik dus echt niet luisteren, was de houding van deze leerling. Ik had nog nooit zo’n houding/leerling meegemaakt, en de vraag die ik mezelf dan ook regelmatig stelde was “***, WAT MOET IK DOEN?” Ik probeerde vanaf het begin ongewenst gedrag niet te accepteren. Dat werd redelijk lastig toen deze leerling na drie waarschuwingen de ‘Ga maar even vijf minuten afkoelen op de gang’ weigerde… Wat doe je dan als leerkracht? Je mag een leerling niet optillen of meeslepen. Dat zou niet zo verantwoord zijn. Ik besloot haar spullen op te pakken en vast naar de gang te brengen. Dit was geen wijs besluit want vervolgens kreeg ik een boek naar mijn hoofd. Op dit punt kon ik niets anders dan even de directrice waarschuwen, want dat kan natuurlijk niet. Dit is misschien een van heftigste voorbeelden van dit jaar, maar wel een voorbeeld dat goed laat zien hoe nuttig deze stage eigenlijk was. Het is fijn om dit soort dingen al eens in je stage meegemaakt te hebben, nu heb je nog iemand die je begeleidt en je helpt om gedrag aan te pakken. Wanneer ik nu later een eigen klas heb, heb ik al handvaten om dit soort gedrag aan te pakken, want ik heb er nu ervaring mee. Zo heb ik op gegeven moment met dezelfde leerling een codewoord afgesproken. Deze leerling had een heel sterk gevoel van rechtvaardigheid. Wanneer ik een andere leerling aansprak van ‘Hé, even opletten’ kreeg ik vaak van haar al reactie ‘Ja, maar … deed dit waardoor hij praatte’. Wanneer ik dit negeerde bleef ze doorgaan tot ik erop inging. Dit stoorde mijn lessen vaak en werd op gegeven moment vervelend voor ons beide. ‘BOTERHAM’ was toen een codewoordje waardoor de leerling wist van ‘o, ja, hier hoef ik niks over te zeggen’ en ik hoefde niet steeds de leerling te corrigeren. De andere leerlingen snapte er niks van, waardoor het voor deze leerling extra speciaal was. Een eigen regel met de juf waar niemand iets van snapte, dat vond ze toch wel bijzonder. Uiteindelijk is dit ook de leerling waarmee ik het meest een band op heb gebouwd. En, ik denk, dat ze mij als juf volgend jaar ook erg gaat missen.

Van je stage kan je enorm veel leren, maar het levert ook zoveel leuke en kostbare momenten met leerlingen op. Ik heb nu al zin in mijn laatste stage volgend jaar. Afstuderen en een LIO zijn best spannend! Ik wil iedereen dan ook succes wensen met aankomend studiejaar en ik hoop dat jullie volgend jaar net zo veel plezier en leermomenten ervaren in je stage als dat ik afgelopen jaar heb gedaan.