Het muurtje van Genadendal
Jannouk, vierdejaars Leraar Engels 2de graads.
Om ons huis stond een laag muurtje. Wat de functie daarvan was, kan ik je niet vertellen. Er liep regelmatig wel een paard of koe over ons erf dus veel hield het niet tegen. Ik heb die dieren allemaal wel een keer een naam gegeven maar die ben ik al lang weer vergeten.
Maar het muurtje. Kom maar even naast mij zitten op dat muurtje. Als je hier zit, dan kijk je zo het dal in omdat het huis net iets op de berg zit. Wat zie je? Zie je dat kind daar? Hij vermaakt zich al uren met de modder die langs de weg loopt en een stok – als ik zou moeten raden wat hij speelt dan zou ik zeggen een oorlog spel waar verwoesting en geweld centraal staat. Een kind speelt uit wat hij waarneemt in zijn omgeving. Dat is wel een duister idee.
Naast hem lopen wat koeien rond te neuzen. Je zou het niet denken door hoe vrij de koeien hier rondlopen, maar als er iets gebeurt met zo’n koe dan is er geen rust totdat iemand schuldig is gevonden. Maar als de koe iets doet, dan is hij van niemand.
Zie je dat vrouw daar, naar buiten kijken. Ze lijkt wel te wachten op iemand… of misschien wel op iets. Het leven hier voelt wel als 90% van de tijd wachten en 10% krijg je er iets voor terug. Er heerst een gemakkelijke rust – ’tranquilo’ noemen ze dat in Spanje, hier wordt dat African time genoemd. Maar het is tegelijk ook erg druk. Een dorpje waar er wel continu iets gebeurt.
Kijk eens over het dorp heen tegen de berg aan. Het dorpje is genesteld tussen deze reuzen. Beschermd van die keiharde wereld daarbuiten en toch niet helemaal veilig van alle politieke gedoe in Zuid-Afrika. Maar nu in dit moment, op ons muurtje, is het maar een klein dorp die zo knus onder ons ligt. Je ziet mensen overal – iedereen is wel druk met iets, of dat nu niks doen is of hard aan het werk.
Je ziet de enige echte weg van deze dorp lopen tussen alle huizen door, of dat nou een villa is of een shack. Aan het begin van de weg ligt, ironisch genoeg, de geschiedenis van deze vergeten dorp. Het begint met de kerk die al talloze jaren geleden is opgericht door Duitsers, de drukkerij die als eerst in Zuid-Afrika de krant afdrukten. Een geschiedenis waar trots over verteld wordt en wat de basis van het geliefde geloof vormt die de bewoners hebben.
Daar voorbij liggen twee scholen. Aan een kant een basisschool en aan de ander kant een middelbare school. Zie je die kinderen daar? Bij de basisschool? Ze spetteren lekker in de rivier – het is ook zo warm. Vaak als je daarlangs loopt, komen ze allemaal kijken. Wat bijzonder, zo’n blanke Europeaan die hier zo maar vrijwillig komt wonen – je hoort ze denken: ‘’je bent niet helemaal bij je hoofd of wel? Je kent een wereld hierbuiten, een mooie wereld, maar je kiest voor dit klein dorp waar niet veel gebeurt?’’ maar je krijgt ook meteen knuffels naar je toe geslingerd.
Luister even. Hoor je dat gejoel? Ja? Als je nu weer naar de weg kijkt, zie je die tieners daar lopen? School is klaar voor vandaag – er rijdt een bus langs met alle boerderij kinderen, die moeten nog een tijdje reizen voordat ze weer thuis zijn. Dat gejoel, dat komt van de tieners die de weg omhoog lopen naar de kleine supermarkt – even lunch halen. Een zakje chips en een cola. Dan kunnen ze weer even door. Dat klein winkeltje overstroomd haast. Het was nooit gebouwd voor al die energie van de jeugd. Doe maar even je ogen dicht. Wij staan nu in het winkeltje. Ruik je dat muffe lucht? Kijk even in je gedachten om je heen. Het is donker met het sporadisch geknipper van de licht in de koelkasten. Elektriciteit is niet altijd onze vriend hier. Het winkeltje is overladen met maismeel, vriezers met vlees en de koelkasten met frisdrank en bier. Bij de deur staat de eigenaar. Hij mist zijn 2 voortanden. Als hij lacht, steek zijn tong er zo uit. Niet echt bijzonder voor hier – elke tweede persoon heeft het. Ik ben er nog steeds niet uit of dat nu een gezondheidsprobleem is of dat het hip is – net zoals wij gaten in de broek hebben (de leerlingen zeggen dat het hip is). Ondanks de somber sfeer in het winkeltje, wordt er geroepen en gelachen door de jeugd. Die jeugd waar wij voor staan door de week – waar wij iets aan proberen mee te geven. Maar ze snakken naar iemand die even zijn mond houdt en luistert. Echt luistert. Doe maar even – luister. Hoor je dat? Die verhalen van dingen die geen kind ooit hoort mee te maken? Maar ook het liefde en vertrouwen die dit dorpje aan hun geeft. Verhalen van kinderen die al lang ergens anders wonen maar die toch terugkeren op hun oude dag. Kom, wij verlaten het winkeltje.
Daar zitten wij dan weer. Voel je de zon – het schijnt genadeloos. Maar terug naar het dorp. Na het winkeltje, loopt het weg verder – het dorp uit en naar het volgende dorp. In de ochtend, als je iets naar beneden loopt en op het verharde weg gaat staan, zie je alle kinderen weer richting school schokken. De moeders van de huizen langs de weg, kijken nog even alle kinderen na. De moeder in hun willen weten of hun kind wel veilig over de weg kan en de moeder in hun letten dan ook maar even op alle kinderen die veilig de weg over moeten. Voel je die warmte? Nee, niet van het muurtje die al uren in de zon staat te bakken maar van dit gemoedelijke dorp waar de menselijkheid vloeit. Waar er zoveel misgaat en toch ook zoveel goed. Zoveel liefde voor alle kinderen van de gemeente, zoveel eenheid op een zaterdagmiddag tijdens de rugbywedstrijd, zoveel gelach en zin in het leven ondanks alles. Dit is het dorpje waar jij nu over uitkijkt en waar ik voor 6 maanden heb mogen wonen.
Dag Jannouk,
Wat een mooi sfeerbeeld! Ik heb je verhaal met plezier gelezen en je hebt me nieuwsgierig gemaakt naar dit dorp zo ver weg!
Hartelijke groet, Elona