Michelle Janssen, derdejaars studente lerarenopleiding Frans.

Bonjour tout le monde!

Welkom bij een blog vanuit het noorden van Frankrijk. Mijn naam is Michelle en ik mocht de afgelopen vijf maanden in Lille verblijven.

Ik heb het geluk dat ik een Erasmus+ minor doe. Dit houdt namelijk in dat ik stage loop in Frankrijk. Veel klasgenoten van mij volgen lessen op de universiteit en hebben af en toe een dag per week stage. Ik loop echter vier dagen per week stage. Ik loop stage op de basisschool Albert Camus te Tourcoing. Het is een uur reizen met de metro van de residence naar stage, maar dit vond ik niet erg. In de metro las ik mijn voorbereide lessen nog even door of las ik mijn Franse boek.

Samen met Roos, mijn studiegenoot, heb ik de eerste drie weken van januari lessen op de universiteit mogen volgen. Wij volgden lessen met studenten die de lerarenopleiding basisonderwijs volgen. Het meest interessante van deze drie weken vond ik de UPE2a stage. Wij hadden namelijk 1 dag in de week stage op een school tijdens deze drie weken. Dit was niet zomaar een school, maar een school waarbij leerlingen uit verschillende landen lessen volgden. Frans was voor hen de tweede taal die zij aanleerden. Er waren ook leerlingen bij die nog helemaal geen scholing hadden gehad. Ik heb hier een aardrijkskundeles mogen geven. Het was goed om te merken dat mijn niveau goed aansloot bij het niveau van lesgeven aan deze leerlingen. Dit gaf mij vertrouwen voor de daaropvolgende stage.

De vijf maanden zijn werkelijk waar voorbij gevlogen. Tijdens de stage die ik van begin februari tot eind mei heb gelopen, gaf ik lessen Nederlands, wiskunde en Engels. Mijn stagebegeleider woont in België en heeft de Nederlandse taal aangeleerd zodat hij Nederlandse lessen kan geven op basisscholen in Tourcoing. Deze Nederlandse lessen vonden plaats op de maandag. Ik keek altijd erg uit naar de maandag, want de leerlingen zijn erg enthousiast om de Nederlandse taal te leren. Tijdens deze lessen maakten Laurent en ik veel gebruik van doeltaal=voertaal (veel praten in het Nederlands).

Wanneer ik door de gang liep van de stageschool voelde ik mij net een BN’er. Vanuit de andere kant van de gang werd mijn naam Michèle geroepen. Op een dag werd ik wel door tien leerlingen geknuffeld. Deze ‘bekendheid’ vond ik erg leuk. Het lesgeven op de stageschool verliep goed. De leerlingen waren bereid om naar mij te luisteren en vonden dat ik leuke werkvormen gebruikte. Ik heb tijdens deze stage in het buitenland veel mogen leren en ga deze kennis allemaal inzetten tijdens mijn LIO-stage volgend jaar.

Ik heb een mooie vriendschap opgebouwd met Jeanne tijdens mijn minor. Zij volgt de lerarenopleiding basisonderwijs. Het leek net of zij de Franse versie van mij was en daardoor klikte het tussen ons. We hebben leuke uitstapjes gemaakt samen en we zullen elkaar zeker nog vaker zien.

Dit was een geslaagde minor en ik kijk er met een trots gevoel op terug.