ALPO2: De eerste stagedag bij het jonge kind

De eerste stagedag na de vakantie! Toch altijd weer spannend. Zeker als je van de bovenbouw naar de kleuters gaat. Daphnne Vogels en Isabelle van Dee uit ALPO2K schreven een mooi stuk over deze eerste dag. Lees snel verder voor mooie inzichten en tips voor op deze dag!

Eindelijk is het zover. De eerste maandag na de herfstvakantie. Beter bekend als de eerste stagedag in ALPO 2. Je stapt de drempel over op je nieuwe stageschool. Je bent hier één keer eerder geweest om kennis te maken met je mentor, maar nu ben je er dan echt. De geur van vers geslepen potloden, de vrolijke kleuren van de tekeningen in de gangen en het gezellige gekakel vanuit de lerarenkamer komen je tegemoet. Je voelt je gelijk alweer helemaal thuis. De eerste nieuwe gezichten verschijnen, terwijl je door de gangen van de school loopt. Je stelt je netjes aan iedereen voor: ‘Goedemorgen, ik ben de nieuwe stagiaire in groep 1/2. Ik ben hier het hele schooljaar, elke maandag.’ Je hangt rustig je jas op, bespreekt de dag met je mentor en dan komen de kinderen. Het lokaal stroomt vol met nieuwe, sommige verbaasde, gezichten. Je hebt ieder kind een hand gegeven, maar bent eigenlijk van meer dan de helft van de kinderen de naam alweer vergeten. Die namen leer je vanzelf wel. Als alle ouders zijn uitgezwaaid kan de dag gaan beginnen.

Kleuters, toch wel even wennen!
De eerste dag bij de kleuters is nogal een ervaring. Al helemaal wanneer je vorige stage in groep 7/8 is geweest. Het is een erg groot verschil. Waar je bij groep 7/8 over de klas heen moet proberen te komen, hoef je in groep 1/2  maar ‘ssst’ te zeggen en je kan een speld horen vallen. En waar je in groep 7/8 praat tegen kinderen die langer zijn dan jijzelf, moet je bij de kleuters op je hurken gaan zitten om met de kinderen te praten.

Het is opvallend hoeveel structuur er wordt aangeboden bij de kleuters. De dagindeling wordt wel 2 keer doorgenomen op een dag aan de hand van allerlei plaatjes. En dat is maar goed ook, want kinderen, met name kleuters, hebben deze structuur hard nodig (Teitler, 2017). Structuur maakt alles voorspelbaar: door regels in de klas weten de leerlingen wat ze van de leerkracht kunnen verwachten en door een duidelijke dagindeling weten de leerlingen wat ze wanneer moeten doen. Hierdoor komen kinderen de dag fijner door.

Spelend leren bij groep 1/2

Spelend leren
Een dag in de kleuterklas bestaat uit veel spelen. En dat is niet voor niks: ‘kleuters leren het beste wanneer ze spelenderwijs leren’ (Brouwers, 2010). Dit is een van de eerste dingen die je dit jaar op de PABO leert. Op je stage kom je erachter dat dit wel heel letterlijk wordt genomen. Het lijkt wel of de kinderen de hele dag alleen maar aan het spelen zijn. Behalve als het eet- of drinkpauze is, dan eten en drinken de kinderen. De rest van de dag wordt er binnen of buiten gespeeld of ‘gewerkt’.

Kleuters zijn veel meer buiten dan de oudere kinderen. Bij groep 7/8 loop je als leerkracht maar tien minuten buiten op een dag, terwijl je bij de kleuters wel drie kwartier tot een uur per dag buiten bent. Dit valt te verklaren uit de enorme behoefte die kleuters hebben om te bewegen (Brouwers, 2010). Daarbij hebben kleuters moeite om zich langer dan twintig minuten te concentreren op één taak, terwijl de oudere kinderen wel anderhalf uur kunnen werken aan een project. Dat is wel even wennen na je stage van vorig jaar, in een van de groepen 3 tot en met 8, waar de hele dag gevuld was met lesjes. Je rol als leerkracht is compleet anders in de kleuterklas. Hier zul je je draai in moeten gaan vinden.

Tips
Voor je begint aan je eerste stagedag willen we je nog een paar tips meegeven.
Tip 1: Begin met observeren. Let niet alleen op het gedrag van de kinderen in je klas, maar ook op het gedrag van de leerkracht. Hoe verloopt de dag? Is er een vaste structuur? Zijn er vaste liedjes die de leerkracht zingt gedurende de dag? Wanneer je bepaalde gewoonten opmerkt, probeer deze dan zo snel mogelijk op te pikken en over te nemen.
Tip 2: Ga zo snel mogelijk zelf voor de klas staan. Begin met het overnemen van kleine taakjes, bijvoorbeeld het klaarmaken van de kinderen om naar buiten te gaan. Door zelf initiatief te nemen en activiteiten te leiden gaan de leerlingen je snel als ‘echte’ leerkracht zien.
Tip 3: Verdiep je in de leeftijd van je leerlingen en de ontwikkeling die hierbij past. Wanneer je les geeft aan kleuters is het bijvoorbeeld belangrijk om te weten dat kleuters graag bezig zijn met hun zintuigen (Brouwers, 2010). Als je dit weet, kun je hierop inspelen met je lessen.

Hopelijk zorgen deze tips en inzichten ervoor dat je geen spanning hoeft te ervaren voor de eerste stagedag. Zo’n eerste dag wijst zich vanzelf wel. Je voelt vaak zelf wel aan wat wel en niet kan. Vergeet niet dat het helemaal niet erg is om fouten te maken. Wanneer je gespannen bent, wees dan niet bang om dit aan te geven. Ben je een naam van een collega vergeten, vraag hier gewoon naar. Dit hoort er allemaal bij. Jouw mentor heeft dit zelf ook allemaal meegemaakt. Laat het maar lekker op je af komen. Veel plezier voor de klas en ervaar zelf maar hoe leuk het is met de kleuters!

Brouwers, H. (2010). Kiezen voor het jonge kind. Bussum, Nederland: Uitgeverij Coutinho.
Teitler, P. (2017). Lessen in orde. Bussum, Nederland: Uitgeverij Coutinho.

#Meervoordeklas