ADHD Roodkapje

Tom Schoemaker is docent aan Pabo Arnhem

“Niet van het pad afwijken”, had een collega mij nog meegeven toen ik naar Amerika vertrok. Maar dat viel niet mee want echt duidelijk was het pad niet. Niemand om mij op te vangen, rond te leiden, te vertellen wat het programma voor die week was. Zeg maar, een donker bos, maar gelukkig wel met één lichtpuntje: Simone, onze eigen studente die daar een half jaar les volgt in het kader van haar minor.

Maar op maandagochtend werd het bos wat minder donker en gingen de lichten aan. Meteen om 9.00 uur mocht ik al les geven en ik vertelde ze over Roodkapje, een sprookje dat ze al kenden (gelukkig). De volgende dag had ik dezelfde groep weer. Nu tijdens een les over de ontwikkeling van het kind. Ik had gehoord dat ze al bezig waren met het observeren van een kind in hun stage en ik vroeg iedereen eerst op te schrijven waar ze dat kind bij wilde helpen. Daarna gaf ik ze nog wat zicht op hoe je een verhaal zo aan kunt passen, zodat je het in je les kan gebruiken. Onder andere liet ik ze ook de verschillende plaatjes van Roodkapje zien die ik in mijn vorige blog had opgenomen. Ik vroeg ze nu om het verhaal zo aan te passen, bijvoorbeeld aan de hand van de andere identiteit van Roodkapje die ze net gezien hadden.

Ze gingen wel enthousiast aan het werk maar het was wel worstelen. Een vrouw had een kleuter gekozen dat ontzettend bewegelijk was waardoor vaak ongelukjes gebeurde. Dan weer vloog speelgoed door de klas, dan was “opeens” het werkje van het meisje naast hem kapot of sloeg hij een ander een tand door de lip. Zij had het plaatje van de verlegen Roodkapje gekozen omdat ze eigenlijk wilde dat hij zo zou worden. Maar hoe dat met dat verhaal moest, dat kreeg ze nog niet scherp.

Eerst hebben we samen het probleem verkend. Zij noemde het probleem zijn onrust maar ik daagde haar uit het probleem voor hemzelf te ontdekken. Dat kostte haar veel moeite maar uiteindelijk bedacht ze dat hij het vast niet leuk zou vinden om steeds gecorrigeerd te worden of om andere verdriet te doen. Prima. “En,” vroeg ik, “wat herken je daarbij in Roodkapje?” Iedereen zag meteen hoe Roodkapje ook eigenlijk heel impulsief en onnadenkend was. Dit bood natuurlijk allerlei kansen om de kleuter zich te laten identificeren met Roodkapje. Maar dan niet met de Roodkapje die de studente had uitgezocht. Die zou finaal aan het jongetje voorbij gaan.

Samen zochten we verder en al snel ontstond een prachtig sprookje waarbij het openingsbeeld niet meer is dat Roodkapje naar Oma wordt gestuurd, maar dat ze wild aan het spelen is, thuis. Dat ze een bloemenvaas omgooit, dat ze koekjes uit de trommel steelt en daarbij ook nog eens ontzettend kruimelt. En dat alles, terwijl mama eigenlijk aan het schoonmaken is.

Mamma is Roodkapje even zat en stuurt haar daarom weg, naar Oma, zodat zij even de handen vrij heeft. En onderweg leert Roodkapje (of is het de desbetreffende kleuter) waar de goede en waar de moeilijke kanten zitten aan het impulsief zijn. Eerst nadenken. Think, plan, act. Maar de kleuter ontdekt ook dat er veiligheid is. Dat wanneer het mis gaat, er erg vaak hulp komt van mensen die het goede met je voor hebben. Die je uit de buik van de wolf snijden, je uit moeilijke situaties redden, die je laten zien dat je door kunt gaan.

Tom Schoemaker

Lees de eerdere blogs van Tom over ‘roodkapje’:

– Kun jij de pabo aan? (blog 1)
– Alleen de jager kan ons redden (blog 2)
– Little Red Riding Hood is going to America! (blog 3)
– Roodkapje, zo’n stuk verdriet (blog 4)
Maar wie is roodkapje eigenlijk? (blog 5)

website Pabo Arnhem

 

Reacties

  1. 04 april 2012 door OSPA

    Mooi verhaal, Tom.
    Blijkbaar geldt ook hier een variant van “beauty is in the eye of the beholder”, ofwel: het is maar vanwaar uit je het bekijkt.
    Roodkapje als ‘rijke leeromgeving’ dus.