Rommelzolders in Frankrijk

Anrien is derdejaars student lerarenopleiding Frans

Een docente van me vergeleek ooit in een les onze hersens met een stoffige rommelzolder. Dat klinkt misschien onaardig, maar het was een interessante kijk op ons geheugen.

Ze vertelde over een zolder met dozen. Heel veel dozen. Sommige dozen staan vlakbij de trap en hebben een etiket waarop staat wat erin zit. Er zijn ook dozen met etiket die helemaal achteraan staan en onder het stof zitten. Dan heb je nog dozen zonder etiket. Alle kennis die je hebt, ligt op die zolder. Soms zit het in dozen waar je gemakkelijk bij kunt en soms moet je even zoeken voordat je de kennis weer paraat hebt.

Als beginnend docent zijnde, wordt ons geleerd om ervoor te zorgen dat leerlingen nieuwe informatie kunnen koppelen aan oude informatie. We laten ze dus eerst de doos opzoeken met de kennis die ze al hebben en pas daarna voegen we nieuwe informatie toe. Door dit activeren van de voorkennis voorkomen we dat onze uitleg over bijvoorbeeld grammatica ergens verspreid over de zolder komt te liggen en onvindbaar wordt.

In Frankrijk kennen ze dit principe niet. Althans, ik heb er op de opleiding hier (IUFM, soort Pabo) nog niets van gemerkt. Eerlijk gezegd heb ik soms niet eens in de gaten wanneer de docent overgaat van kletsen met de studenten tot daadwerkelijk lesgeven. Hij begint gewoon en praat. En praat. En praat. Twee uur lang.

Misschien ben ik verwend. Ik ben gewend aan afwisselende, uitdagende lessen, waarbij de docent misschien een kwartier praat en wij daarna aan het werk worden gezet. Ik ben gewend aan filmpjes, liedjes en spelletjes. Ik ben gewend aan docenten die controleren of de stof begrepen is, die ruimte geven om vragen te stellen en die bereid zijn de les aan te passen als de studenten daarom vragen. (Mijn dank is groot.)

Nee, dan Frankrijk. Het is dat docenten zich niet voorstellen, maar anders zou het standaard praatje kunnen zijn: “Hoi, ik ben docent en ik ga jullie vertellen wat ik allemaal weet. Ik ga niet in de gaten houden of jullie luisteren of niet en of jullie het snappen. Als ik maar gewoon twee uur vol kan praten, ben ik tevreden. Wat ik vertel, gaat wel over didactiek, maar ik pas het zelf niet toe. De tijd gaat nu in.”

Nu lijkt het misschien net alsof de docenten een ramp zijn, wat niet zo is, want ze bedoelen het echt goed, gebruiken in ieder geval powerpoints bij hun verhaal en zijn vriendelijk. Het gaat hier alleen, didactisch gezien, anders dan in Nederland. En ik vraag me dan af: Als dit de docenten van de lerarenopleiding zijn, hoe worden die studenten dan later als docent?

Meer informatie over de lerarenopleiding Frans