Normaal doen over lezen

Deze blog is geschreven door Lotte Dee, tweedejaars-studente Leraar Nederlands. Zij schreef dit artikel voor het studentenblad STUD., dat zij en andere studenten van de opleiding aan de hand van het vak School en Media maken.

Jörgen Apperloo, ook wel bekend als ‘Vlogboek’, staat nu vijf jaar voor de klas. Hij merkt, net als vele andere taaldocenten, dat leerlingen moeite hebben met een boek uitzoeken om dit vervolgens met plezier te lezen. Daar moest verandering in komen en hij besloot daarom video’s te gaan maken. Het platform YouTube was het meest voor de hand liggend. Bijna elke leerling kijkt video’s op YouTube. Zoals wij ook wel weten zijn bijna alle gezichten zowat vastgeplakt aan dat schermpje.

Als je de termen ‘YouTube’ en ‘vloggen’ in een zin hoort, zal je al snel aan Enzo Knol-achtige taferelen denken. Dat is zeker niet het geval. Jörgen maakt zo’n zes minuten durende, educatieve filmpjes met een vleugje humor. In de filmpjes bepreekt hij op een laagdrempelige manier de Nederlandse literatuur en alles wat daarbij hoort. Het zijn filmpjes met een serieuze boodschap, maar op een leuke manier geserveerd. Er gaat heel wat tijd in zitten. Gemiddeld zo’n twee boeken per week lezen, tekst bedenken over de boeken, opnemen en dan nog editen. Daarnaast werkt hij nog in opdracht voor uitgeverijen, bibliotheken en geeft hij hier en daar workshops. Oh ja, hij is ook nog papa! Ik vind het knap hoe hij dit alles combineert. Voor dit artikel heb ik hem mogen interviewen en dit is het resultaat:

We hebben een aantal filmpjes van je bekeken en het komt erg enthousiast en vol passie over, maar vertel eens eerlijk; heb je echt alle boeken gelezen?
“Ik ga geen video maken over een boek dat ik niet gelezen heb, dus ja: ik lees ze écht allemaal. Ik laat me onder andere leiden door de boeken die mijn leerlingen lezen. Deze boeken lees ik dan ook ter voorbereiding en dan maak ik er ook direct een video van. Zo kan ik het goed combineren.”

Hoe ben je precies op het idee gekomen om te gaan vloggen en waarom ben je bijvoorbeeld geen blog gestart?
‘’Blogs zijn er natuurlijk al heel veel. Daar komen voor mijn gevoel niet veel mensen op af. Iedereen kijkt tegenwoordig video’s, het is een natuurlijke habitat om naar dat schermpje te kijken. Toen ik de vlogs van John Green zag, dacht ik dat dit wel een manier is die bij mij past. Inhoudelijk; educatief iets vertellen en dat op een snelle en grappige manier. Maar geen onderbroekenlol, zoals sommige vloggers dat doen. Ik ga bijvoorbeeld geen pranks uithalen.’’

Met Nederlands heb je nu vooral ingezoomd op de fictie, waarom?
‘’Fictie is wel mijn ding, maar ik ben ook wel veel met schrijfvaardigheid bezig. Dat vloggen staat in principe los van mijn school. We zijn op school wel veel bezig met leesbevordering. Ik wilde graag wat extra’s doen, maar qua spelling heb je natuurlijk al genoeg filmpjes. Dat is gewoon een verhaal met een kop en een staart en dan is het af. Daar valt niet zo veel aan toe te voegen. Vlogs maken over fictie is iets wat je tot in de eeuwigheid door kan blijven doen.’’

Vormen de leerlingen op school de doelgroep of maak je dit voor iedereen die het maar wil zien?
‘’Dat waren ze wel. Zeker als je de eerste video’s ziet, die zijn wat flauwer qua humor. Wat meer op leerlingen gericht. Leerlingen kijken het alleen maar als ze het moeten, dat snap ik ook. Niemand gaat als vijftien- of zestienjarige alle video’s kijken. Ik heb wel gemerkt dat het een heel ander publiek is nu; vooral twintigers en dertigers die het kijken. En dat verschil vind ik leuk, dus daar ga ik ook rekening mee houden in mijn filmpjes. Ik vind het misschien zelfs nog wel leuker dan alleen voor leerlingenpubliek video’s te maken. Het is goed voor de afwisseling en daardoor kan ik wat meer mijn eigen interesses kwijt. Dingen als literatuurwetenschap kan ik gewoon in mijn video stoppen zonder dat ik dat ik eerst moet uitleggen wat dat allemaal betekent.’’

Wij krijgen vaak te horen dat fictieonderwijs aantrekkelijker gemaakt moet worden. Heb je tips voor ons als docenten in spé?
‘’Zo’n boekvlog maken is echt heel leuk. Sommigen kunnen hierdoor echt talenten kwijt die ze anders niet bij Nederlands kwijt zouden kunnen, omdat ze bijvoorbeeld niet zo talig zijn maar wel goed met beeld. Ook het boekverslag blijft een goede manier. Het is goed als de leerlingen een keer zo’n boek hebben uitgepluisd. Soms doen we ook wel eens pitches. Het leuke daarvan is dat de leerlingen veel boeken zien langskomen. Vertel het verhaal maar, daardoor raken de leerlingen al enthousiast. Per week lezen onze leerlingen 20 minuten. Iedereen mag zijn eigen boek meenemen. Daardoor maak je lezen normaal. Je maakt het niet zo zwaar. Toch moet je wel een beetje kritisch zijn op het boek dat je wilt lezen. En soms lees je een boek dat je niet zo leuk vindt. Je kijkt ook wel eens een film af waarvan je aan het einde denkt: ‘Dit was niet zo leuk.’ Doe als leraar zelf enthousiast en normaal over lezen en benoem per les gewoon twee boeken bijvoorbeeld. Vaak zie je  die boeken terug op de leeslijsten van de leerlingen. Anders hebben ze geen idee. Dan gaan ze gewoon naar de bieb en pakken ze maar een boek uit de kast. Ze willen informatie krijgen over de boeken.’’