Past programmatisch toetsen bij jouw opleiding?
De interesse binnen de HAN voor programmatisch toetsen (PT) neemt sterk toe. Maar wat is programmatisch toetsen (PT) eigenlijk? Wat is belangrijk bij het besluit om het wel of niet te gaan doen? Wat komt er bij kijken als je PT wilt gaan implementeren in je opleiding? De opleiding Ergotherapie is reeds 5 jaar aan de slag met de implementatie van PT. Een impressie van hun (leer)ervaringen. Belangrijke boodschap: kijk eerst naar welke vraagstukken er bij jouw opleiding spelen op het gebied van toetsing, wat daarvan de oorzaken zijn en pas dan of PT bij jouw opleiding past.
De etalagebijeenkomst werd verzorgd door Marleen Kaijen en Kai van der Bijl. De interesse voor de bijeenkomst was groot. Met zo’n 30 deelnemers zat de zaal vol. Voor meer informatie, bekijk de presentatie van Marleen en Kai en het werkvormenboekje programmatisch toetsen.
Wat is Programmatisch Toetsen?
Kern van PT is het nemen van robuuste beslissingen en het optimaliseren van het leren. Volgens Marleen vormen 3 takken de basis van PT: robuust beslissen op basis van een veelheid aan datapunten, formatief beoordelen (feedback), informatie voor curriculumontwikkeling, d.w.z. op basis van informatie uit de datapunten leerinterventies doen.
Programmatisch toetsen kan ook worden gezien als opleidingsconcept; het betreft een totale onderwijsherziening. Voor de opleiding Ergotherapie was het implementeren van PT nooit een doel an sich, maar is het één van de uitkomsten van een ontwikkelproces naar een professionele cultuur. Hierin ligt voor hen het waarom. Soms zien Kai en Marleen opleidingen die denken PT in te kunnen voeren door de hoeveelheid aan summatieve toetsen, formatief te maken, maar dat is te makkelijk gedacht. Het gaat om de transitie naar een leer- en feedbackcultuur. Voor hoe de opleiding Ergotherapie PT precies heeft vertaalt in het curriculum, zie de presentatie als voorbeeld.
Wat is belangrijk bij het besluit om het wel of niet te gaan doen?
Zo’n 4 a 5 jaar geleden is men klein gestart met een prototype in de stage (4e jaar) om eerst ervaring op te doen. Inmiddels is PT bij de opleiding ingevoerd in zowel de propedeuse als in hoofdfase 1. Het is nog altijd een ontwikkelproces. Belangrijk is om met het gehele team te bouwen vanuit een goed verhaal over het waarom, hoe en wat. Regelmatig wordt er binnen de opleiding in de teams gereflecteerd en bijgestuurd. Men heeft ervaringen hiermee gebundeld in een werkvormenboek (o.a. over hoe je samen in je team de dialoog kunt voeren, tot leidende principes kunt komen, etc.).
Niet alleen het docententeam moet er klaar voor zijn, maar het vereist ook goed onderwijskundig leiderschap! Het coachen en begeleiden van de teams, onderwijskundig een stip op de horizon kunnen zetten en het veranderkundig proces mee vormgeven is daarbij cruciaal, aldus Marleen.
Ook belangrijk is dat de toetsing op orde is als je met PT begint. Bij Ergotherapie lag er op dat gebied al een goede basis. Hun kwaliteitsprocessen rondom toetsing waren op orde. Marleen en Kai refereerden daarbij aan het toetsweb en de verschillende volwassenheidsfases waarin opleidingen zich kunnen bevinden bij de borging van de kwaliteit van toetsing.
Tot slot waren Marleen en Kai heel stellig over enkele leidende principes voor PT. De praktijk (reëel vraagstukken, etc.) moet centraal staan in het curriculum en niet primair de inhoud. Als het curriculum primair inhoudgedreven (vakgericht) is, gaat PT niet werken. Ze spreken van: “van teacher based input naar learned based output”. Teacher based input gaat over het behandelen van inhouden en “behandelrendement”. “Als de inhoud maar behandelt is, is het goed” is daarbij het idee. Maar het is een illusie om te denken dat studenten iets beheersen als inhouden een keer zijn behandeld in een les. We moeten meer naar “student based output”: het moet gaan over het “leerrendement”, de output van het leren. Bij programmatisch toetsen komt daarom ook een andere didactiek kijken. Het roept bijvoorbeeld vragen op zoals hoe kunnen we de zelfregulatie van de student monitoren?
Discussie
Tijdens de bijeenkomst kwamen er genoeg vragen naar boven vanuit de zaal. Wat heeft PT gedaan met het rendement in de Propedeuse? In hoeverre ervaren de studenten de feedbackmomenten in het kader van PT als verkapte summatieve toetsen zonder studiepunten? Krijgen studenten niet het idee met al die feedback dat de lamme de blinde helpt en hoe kun je dit voorkomen? Wat gebeurt er concreet gedurende de feedbackmomenten? Etc.
Wat betreft rendement in de P: dit is iets gedaald. PT vraagt veel van studenten en past ook niet bij iedere student. Marleen: op het eind stellen we ons altijd de vraag of we de juiste studenten binnenboord hebben en geen studenten hebben verloren die we graag hadden behouden. Die vraag beantwoorden we positief.
En de vele feedback? Dit is inderdaad iets om goed over na te denken. Net als bij “reflecteren” wil je voorkomen dat het een “dingetje” (verplicht kunstje) wordt. Je wilt niet dat studenten dit doen omdat het moet, maar vanuit een leerhouding. Dat is zoeken, beamen Marleen en Kai. Om te helpen bij het feedback geven, werkt de opleiding met rubrics en het samen met studenten formuleren van de succescriteria. Belangrijk hierbij: als docent alert blijven op misconcepties bij het geven van feedback, zelf niet in de inhoudelijke feedbackrol gaan zitten (want dan worden studenten inactief), als docent juist op de samenhang tussen de verschillende producten feedback geven, want dit kunnen studenten minder goed.
PT is nog steeds voor Ergotherapie een ontwikkelproces en dat heeft mooie resultaten opgeleverd.
Het allermooiste aldus Marleen: de student die naar haar toekwam en vertelde dat door deze manier van onderwijs haar faalangst was verminderd.