“Om mee te komen moet je je stinkende best doen” – artikel uit Trouw over de multiculturele samenleving
In een stad als Amsterdam groeien jongeren op met 180 nationaliteiten. Zij moeten ook zelf verantwoordelijkheid nemen voor de goede afloop.
De discussie over de multiculturele samenleving heeft jarenlang vooral plaatsgevonden tussen doemdenkers en ideologen, tussen de stelling dat de multiculturele samenleving is mislukt versus de opvatting dat diversiteit een verrijking is. Maar inmiddels overheerst iets anders: de obsessie met sociaal-culturele verschillen. Steeds krachtiger klinkt de wens om deze verschillen te reguleren. Het boerkaverbod, het verbod op de dubbele nationaliteit en het Polenmeldpunt zijn daar voorbeelden van.
Deze voorstellen gaan echter voorbij aan de daadwerkelijke vraagstukken die er liggen. Zoals de noodzaak dat jonge mensen een goede opleiding krijgen.
In een stad als Amsterdam zie je tegenwoordig al 180 nationaliteiten op straat en in het onderwijs. Wie rondloopt op een hbo-instelling ziet dat er een enorme emancipatieslag wordt gemaakt. Kinderen of kleinkinderen van soms analfabete immigranten worden opgeleid in de informatica of in de elektrotechniek.
Een grote stad heeft echter meer nodig dan economische vooruitgang alleen. Juist in tijden van economische crisis moet voorop staan dat álle burgers over de competenties moeten beschikken om met verschillen om te gaan en bij te dragen aan burgerschap.
Er is geen wondermiddel om dit gedaan te krijgen. De werkelijkheid is weerbarstig. Dat is goed terug te zien op de scholen op dit moment. Daar moet het gebeuren. Soms is het een kwestie van geboden en het handhaven van de wet, bijvoorbeeld bij discriminatie en geweld. Soms gaat het om het stellen van de norm, bijvoorbeeld bij het al dan niet toekennen van een gebedsruimte – wat ons betreft respecteren we alle religies, maar is het niet nodig in openbare gebouwen daarvoor bijzondere voorzieningen te treffen: in de directe omgeving in de stad zijn voldoende gebedsruimtes aanwezig. Duidelijkheid over normen geldt ook voor het erkennen van homoseksualiteit en van gelijkheid tussen mannen en vrouwen.
Soms gaat het om het steunen en stimuleren van ambities. Meer vrouwen moeten economisch zelfstandig kunnen zijn, vooral ook de vrouwen in Turkse en Marokkaanse kring. De overheid moet meisjes steunen die zich willen bevrijden van de gemeenschapsdruk van familie en omgeving, om te studeren en te werken. Gelukkig doen veel van deze meiden het heel goed in het onderwijs.
Het draait allemaal om goed burgerschap. Alle burgers moeten verantwoordelijkheid nemen voor hun omgeving. Een stad heeft burgers nodig die de vrijheid en de tolerantie op handen willen dragen. Of ze hier nu geboren of gekomen zijn.
Dit alles is alleen mogelijk met hoffelijkheid, en het vermogen schurende gesprekken over verschillen te voeren. Die houding probeert het stadsbestuur aan te moedigen, en de hogeschool probeert het mee te geven aan haar studenten.
Han Entzinger en Paul Scheffer maakten onlangs een vergelijking tussen de staat van integratie van Amsterdam en Rotterdam. Zij noemden hyperdiversiteit, toenemende segregatie en een groeiende generatiekloof als ontwikkelingen die steden het hoofd moeten bieden.
Investeren in talent en ontwikkeling: wat zouden we daarin graag samen met Den Haag optrekken. Wij hebben echter ook een boodschap voor de jongeren.
Jongeren moeten ook zelf verantwoordelijkheid nemen, ook als zij last hebben van vooroordelen. Tegen jongeren die zich benadeeld voelen zeggen wij: bewijs het tegendeel. Doe die opleiding, zorg dat je die baan krijgt. Dat is echt ook je eigen verantwoordelijkheid; overheid en onderwijs moeten daarvoor de voorwaarden scheppen.
Maar er is geen reden om de pootjes te laten hangen en je slachtoffer te voelen.
De samenleving is hard, daar hebben we allemaal last van. Om mee te komen moet je je stinkende best doen. De lat ligt hoog. Er mag een inspanning gevraagd worden van onderwijsinstellingen, maar ook van studenten zelf. Op hun beurt mogen zij verwachten dat de overheid segregatie bestrijdt en gelijke kansen mogelijk maakt. De toekomst maken we immers samen.
Dit is een korte versie van een toespraak op het congres ‘We Amsterdam’, gisteren gehouden op de Hogeschool van Amsterdam.